Horizon College
Word de beste versie van jezelf

Regelmatige werkwoorden

Regelmatige werkwoorden
1 / 13
next
Slide 1: Slide
DuitsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Regelmatige werkwoorden

Slide 1 - Slide

Stam -d of -t
Er zijn 3 uitzonderingen met de uitgang wanneer de stam op een -d of -t  eindigt. Bekijk de tabel hiernaast goed.

  • Wat is er anders?
  • Bij du, er/sie/es en ihr komt er een extra -e- tussen de stam en de uitgang. De uitgangen blijven hetzelfde. 
  • Waarom zou dat anders zijn?
  • Duitsers kunnen het woord anders niet goed uitspreken.
Pers. vnw
basisregel
stam op   -d of -t 
ich
e
e
du
st
st
er/sie/es
t
t
wir
en
en
ihr
t
t
sie/Sie
en
en

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Ich________(lernen) Deutsch.
Ich leer Duits.

Slide 4 - Open question

________(machen) du mit?
Doe je mee?

Slide 5 - Open question

Der Chefkoch_________(kochen) immer alleine.
De chef kookt altijd alleen.

Slide 6 - Open question

______________(arbeiten) ihr schon lange hier?
Werken jullie hier al lang?

Slide 7 - Open question

Wovon__________ (reden) Sie überhaupt?
Waar heeft u het over?

Slide 8 - Open question

Sie_________(passen) schon auf.
Zij let wel op.

Slide 9 - Open question

Er _________(studieren) die ganze Woche.
Hij studeert de hele week.

Slide 10 - Open question

Wir ______(warten) schon eine Viertelstunde auf den Bus.
We wachten al een kwartier op de bus.

Slide 11 - Open question

Mein Vater _________(hören) gerne Rockmusik.
Mijn vader luistert graag naar rockmuziek.

Slide 12 - Open question

Sie __________(wohnen) in der Stadt.
Zij wonen in de stad.

Slide 13 - Open question