Les 4, Doel en publiek

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Les 4, Doel en publiek

1. check: opdrachten nagegeken? 

2. herhaling theorie

3. een voorbeeld... 

4. aan het werk: blz. 18 opdr 3

5. afronding

Voor welk publiek schrijf je een krantenartikel?

1. breed publiek
2. gespecialiseerd publiek
3. klein publiek / een groep / persoon
4. internationaal publiek

Wat is het doel van de tekst?

1. tekstdoel is uitleg geven
2. tekstdoel is informeren
3. tekstdoel is amuseren
4. tekstdoel is overtuigen

Tekstdoel?

1. informeren
2. instrueren
3. overtuigen
4. overhalen

Voor welk publiek is deze tekst geschreven?

1. Een breed publiek
2. Een kleiner, gespecialiseerd publiek
3. Voor 1 of 2 personen

Voor welk publiek zal deze tekst geschikt zijn?
"De verspreiding van het Corona virus"

1. Een breed publiek
2. Een gespecialiseerd, klein publiek

Bekijk de volgende tekst

1. Wie is de afzender?

2. Wie is de doelgroep?

3. Wat is het onderwerp?

4. Wat is het doel?

5. Conclusie: wat vind je van het taalgebruik?

https:

Aan het werk

maken: blz. 18 opdracht 3 

afronding

onderwerp

hoofdgedachte

tekstdoelen

publiek