hoofdstuk 4 paragraaf 1 en 2

• na
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 4

paragraaf 1 elektrische energie

warmte

warmte is een vorm van energie. 

we noemen warmte Thermische energie

warmte wordt gemaakt door een warmtebron

warmtebronnen

sommige warmtebronnen hebben elektrischeteit nodig. dit noem je elektrische warmtebronnen.

denk aan een fohn, inductieplaat en soldeerbout

energie omzetting

in een elektrische warmtebron loopt een draad. 

door deze draad loop elektrische energie die ervoor zorgt dat de draad warm wordt.

de elektrische energie wordt dan omgezet in thermische energie

wat heb je tot nu toe geleerd?

je hebt elektrische energie en thermische energie.

in elektrische warmtebronnen zit een draad dat warm wordt

elektrische energie wordt dan omgezet in thermische energie.

elektrische energie -> thermische energie

elektriciteit opwekken

in een elektriciteit centralen worden fossiele brandstoffen verbrand.

fossiele brandstoffen zijn: aardgas, aardolie of steenkool.

bij de verbranding van de stoffen ontstaan schadelijke stoffen : zwavelgassen, stikstofgassen en koolstofdioxide.

teveel van deze stoffen in de lucht zorgen voor het broeikasteffect

elektriciteit opwekken

bij de verbranding komt warmte vrij weermee water wordt verdampt dit noem je stoom.

de stoom komt terrecht bij de turbine en deze gaat dan draaien. 

de turbine is verbonden met een generator die ook gaat draaien. 

de generator wekt dan elektrische energie op. 

duurzame energie

sommige energie centrale gebruiken ook biomassa bij het verbranden van fossiele brandstoffen.

biomassa zijn resten van planten en dieren. 

dit is minder schadelijk voor milleu.

duurzame energie

naast biomassa heb je nog meer vormen van duurzame energie:

-wind. bewegingsenergie van de wind

-water. bewegingsenergie van water

-zon. licht en thermische energie van de zon

wat heb je tot nu toe geleerd?

in een elektriciteit centrale verbranden ze fosielle brandstoffen. 

bij de verbranding onstaat zwavelgassen, stikstofgassen en koolstofdioxide. 

stikfstofgassen en zwavelgassen zorgen voor zure regen

koolstofdioxide zorgt voor het broeikasteffect.

je kan ook duurzame energie hebben. 

biomassa mee verbranden bij fossielle brandstoffen

wind, zon en water kunnen ook duurzame energie leveren.

we noemen duurzame energie groen. 

opdrachten maken 

Maak:

Hoofdstuk 4: Energie

Paragraaf 1 Elektrische energie: 1 t/m 20 

(start op blz 182)

paragraaf 2 brandstoffen

brandstoffen

om verbranding te laten plaatsvinden heb je een brandstof nodig. 

voorbeelden: gas, olie, kolen en hout. 

brandstoffen

als je brandstoffen verbrand ontstaat er vaak veel thermische warmte. 

bedrijven gebruiken deze warmte soms voor processen

hoogovens

in een hoogoven wordt ijzererts gesmolten.

hiervoor is een tempratuur van 2300 graden nodig.

om deze tempratuur te bereiken wordt met chemische processen cokes verbrand. (cokes worden gemaakt van  steenkool)

verbranding

bij verbranding van een brandstof komt warmte vrij en onstaan er nieuwe stoffen. 

voorbeeld: in hout zit energie. Deze energie komt alleen vrij doormiddel van verbranding. 

verbranding is een chemische reactie. 

de energie in hout noem je chemische energie.

vormen energie

bewegingsenergie--> door beweging

elektrische energie --> door elektriciteit

thermische energie --> door warmte

zonne/licht energie --> door licht 

chemische energie --> door chemische reactie

wat heb je tot nu toe geleerd?

voor verbranding heb je een brandstof nodig.

een verbranding van een brandstof noem je een chemische reactie. 

de energie die vrijkomt tijdens een chemische reactie noem je chemische energie

chemische energie kan omgezet worden in thermische energie

chemische energie -> thermische energie

verbandingswarmte

niet elke stof geeft evenveel warmte bij een verbranding.

verbrandingswarmte is de hoeveelheid energie die vrijkomt bij de verbranding van  gram van de stof.

formules

energie geef je aan in joule (J)

de vebrandingswarmte geef je aan in joule/gram (J/g)

in tabel 16 van binas staan de verbrandingswarmtes

rekenen

in binas staat dat bij 1 gram hout verbranding 16000 joule warmte vrij komt. 

dus 16000 J/g of 16 kJ/g

als je 4 kg houdt verbrand hoeveel energie komt er dan vrij?

uitwerking

4 kg hout is 4000 gram hout 

1 gram hout is 16000 Joule

dus 4000 gram hout is 16000x4000 

64000000 Joule

vervolg

64000000 Joule is nogal een groot getal.

we gaan dit omrekenen naar kJ

64000000:1000= 64000 kJ

64000kj is nogsteeds een groot getal dus reken om naar mJ

64000:1000= 64 mJ

wat heb je tot nu toe geleerd?

elke stof heeft een andere verbrandingswarmte.

deze kan je vinden in binas tabel 16

energie geef je aan met joule (J)

verbrandingswarmte met joule/gram (J/g)

opdrachten maken 

nova klassencode : 592115

lessonup klassencode (registeren met je eigen naam): wzgyc

maak alle opdrachten van paragraaf 2 ook de plusopdrachten

graag digitaal