2.4 Voor alle zekerheid

2.4 Voor alle zekerheid
H1 Economie is meer dan geld
1 / 23
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

2.4 Voor alle zekerheid
H1 Economie is meer dan geld

Slide 1 - Slide

Leerdoelen 2.4
  • Je kunt uitleggen waarom je een verzekering zou afsluiten.
  • Je kunt voorbeelden van verplichte en vrijwillige verzekeringen noemen.
  • Je kunt de premie voor een verzekering in een tabel opzoeken.
  • Je kunt uitleggen wat het gevolg is van een eigen risico 

Slide 2 - Slide

Verzekering

Slide 3 - Mind map

Verzekering
Met een verzekering krijg je de financiële gevolgen van schade vergoed.

Wel of niet verzekeren?
 
  • Hoe groot is het risico? Wat is de kans dat je schade oploopt.
  • Hoe hoog is het bedrag waar het om gaat?
  • Kun je de eventuele schade zelf betalen?

Slide 4 - Slide

Verzekering
  • Een verzekering vergoed de financiële schade die je hebt na een incident.
  • Bijvoorbeeld als je fiets gestolen is of je waterschade hebt.
  • Of je een verzekering afsluit, hangt af van het risico.
  • Dat is de kans dat je schade oploopt.
  • Ook kijk je naar de hoogte van het bedrag en of je de schade zelf zou kunnen betalen.

Slide 5 - Slide

Leerdoel 2
Welke verzekeringen kennen jullie?

Slide 6 - Slide

Verschillende verzekeringen
Verplichte verzekeringen:
  • een zorgverzekering
  • een WA-verzekering voor een brommer, scooter of auto
  • verzekert de schade die je met je voertuig aan iemand anders toebrengt


Vrijwillige verzekeringen:
  • een fietsverzekering
  • een reisverzekering
  • een inboedelverzekering: voor schade aan spullen in huis door brand of diefstal

Slide 7 - Slide

Wie doet wat?
Verzekerde: degene die een verzekering afsluit.

Verzekeraar: de verzekeringsmaatschappij. Die vergoedt jou de schade als je een verzekering hebt afgesloten.

Slide 8 - Slide

Wie betaalt de schade?
Verzekering: met een verzekering krijg je de financiële gevolgen van schade vergoed.

Wel of niet verzekeren? Stel jezelf de vraag:
  • Hoe groot is het risico? Dat is de kans dat je schade hebt.
  • Hoe hoog is het schadebedrag?
  • Kun je de schade makkelijk zelf betalen?





Slide 9 - Slide

Leerdoel 3
premie & polis

Slide 10 - Slide

Kosten van een verzekering
Premie: bedrag dat je als verzekerde betaalt voor een verzekering


Polis: het bewijs dat je de verzekering hebt afgesloten

Hierin staan:
  • jouw gegevens
  • de soort verzekering
  • de premie: het bedrag dat je per maand betaalt voor je verzekering
  • polisvoorwaarden: hierin staat waar je wel of geen recht op hebt bij je verzekering





Slide 11 - Slide

Verzekering betalen

Premie: bedrag dat je als verzekerde betaalt voor een verzekering.
Polis: het bewijs dat je de verzekering hebt afgesloten (verzekringscontrat)
Hierin staan:
- jouw gegevens
- de soort verzekering
- de premie
--> Bij de polis horen de polisvoorwaarden.
Hierin staat waar je wel of geen recht op hebt bij je verzekering.

Slide 12 - Slide

Eigen risico
Bij sommige verzekeringen moet je zelf een deel van de schade betalen. Dit noem je eigen risico.

Met een eigen risico betaal je minder premie dan bij een verzekering zonder eigen risico.

Slide 13 - Slide

Eigen risico

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Link

Premie aflezen
Voorbeeld
Je koopt een fiets van € 639.
Je verzekert de fiets drie jaar tegen diefstal en beschadiging.

Hoeveel premie moet je betalen?


De premie is voor de hele looptijd






Slide 17 - Slide

Zou jij je hiertegen verzekeren? Waarom wel/niet?

Slide 18 - Open question

Check
  • Wat is een verzekering?
  • Hoe noem je het bedrag dat betaalt voor een verzekering?
  • Ander woord voor verzekeringscontract? 
  • verzekerde VS verzekeraar
  • Wat staat er in de polisvoorwaarden?
  • Hoe noem je het deel dat je zelf betaald bij de schade?

Slide 19 - Slide

Thijmen heeft een verzekering afgesloten met een 'eigen risico'.
Wat is een 'eigen risico'?
A
Dat je niet weet wanneer er iets gebeurd
B
Dat je een eigen risico neemt
C
Dat deel moet je zelf betalen bij schade
D
Een deel van de schade wordt niet vergoed door de verzekeraar

Slide 20 - Quiz

A) Bij eigen risico is de premie lager
B) Een onzeker voorval kun je niet verzekeren
C) Een verzekeraar noem je ook wel
verzekeringsmaatschappij
Leerdoel 24
A
A en B zijn juist
B
B en C zijn juist
C
A en C zijn juist
D
A, B en C zijn juist

Slide 21 - Quiz

Ben jij de verzekeraar of verzekerde?
A
Verzekeraar
B
Verzekerde

Slide 22 - Quiz

Aan de slag:
Blz 63
8 t/m 14

Proefwerk ..

Slide 23 - Slide