Herhaling Chap7 ABCDH (+Chap6 H) voor Mavo Havo Vwo

• Frans
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

Alles op een rijtje voor de toets: chap 7 

Le programme

Vandaag herhalen wij alles wat we tot nu toe uit chap7 geleerd hebben. Dit is een voorbereiding voor de toets volgende week. Maak aantekeningen: wat weet je al? wat moet je nog leren?

- vocabulaire A+B 

- zinnen C

- Grammaire D+H  

- Grammaire H uit chap6

 voor de toets?

Voca A (Mavo p120 // HV p118)

+

Voca B (Mavo p120 // HV p118)

Online:  Naslag/arrêt chap7

Hoe leer jij de woorden?
Wat werkt goed? Wat niet?

Traduis (vertaal) en néerlandais:
faire du tennis

Denk je aan het lidwoord?

Traduis (vertaal) en néerlandais:
choisir

Denk je aan het lidwoord?

Traduis (vertaal) en néerlandais:
gagner

Denk je aan het lidwoord?

Traduis (vertaal) en français:
de keer

Denk je aan het lidwoord?

Traduis (vertaal) en français:
de week

Denk je aan het lidwoord?

Traduis (vertaal) en français:
de muziek

Denk je aan het lidwoord?

Traduis (vertaal) en français:
het team

Denk je aan het lidwoord?

Les phrases-clés   C

Mavo p 122   //   HV p120    //  Online Naslag / chap7 / C

Tip: Leer ze uit jouw hoofd (ook schrijven).

Let op: welk woord zou jij kunnen veranderen in de zin?

Traduis (vertaal) en néerlandais:
Tu fais du sport?

Denk je aan het lidwoord?

Traduis (vertaal) en néerlandais:
Tu joues d'un instrument?

Denk je aan het lidwoord?

Traduis (vertaal) en français:
Ja, ik speel gitaar.

Denk je aan het lidwoord?

Traduis (vertaal) en français:
Ik voetbal twee keer per week.

Denk je aan het lidwoord?

Gram D: het werkwoord  faire

Mavo p100  // HV p98

Leer de verschillende vormen van het werkwoord FAIRE (=doen/maken) uit jouw hoofd. Leer ze ook schrijven.

Aan het einde van het liedje heb je alle verschillende vormen van het werkwoord FAIRE (=doen/maken) in het Frans opgeschreven.

Let op: schrijf ook het persoonlijk voornaamwoord wat erbij hoort!

fait

fais

faisons

font

faites

elle

nous

ils

tu

vous

je

Sleep het persoonlijk voornaamwoord (in het blauw) op de juiste vorm van de werkwoord avoir (in het rood)

Kies de juiste vorm van het w.w. faire
Je ... fait / fais ... du tennis.

Vul de juiste vorm van het w.w. faire
Nous (doen/maken) de la musique.

Hoe zeg je 'ik heb gedaan'?
Gebruik de passé composé

Gram H: het werkwoord  ALLER

Mavo p74+114  // HV p76+116

Leer de verschillende vormen van het werkwoord ALLER (=gaan) uit jouw hoofd. Leer ze ook schrijven.

Aan het einde van het liedje heb je alle verschillende vormen van het werkwoord ALLER (=gaan) in het Frans opgeschreven.

Let op: schrijf ook het persoonlijk voornaamwoord wat erbij hoort!

Kies het juiste vorm van het w.w. Aller.
Comment tu ... au collège?

1. vais
2. aller
3. va
4. vas

Kies het juiste vorm van het w.w. Aller.
Moi, je ... au collège à vélo.

1. vas
2. vais
3. allons
4. fais

Kies het juiste vorm van het w.w. Aller.
Ils ... au collège en bus.

1. font
2. allez
3. vont
4. allons

Le futur proche

Als jij in het Frans wilt zeggen dat iets binnenkort gaat gebeuren, gebruik je :

een vorm van het w.w. ALLER gevolgd door een hele w.w.

 ik ga Parijs bezoeken / je vais visiter Paris

Let op: in het Frans blijven alle w.w. bij elkaar.

Mets les mots dans le bon ordre.
Zet de woorden in de juiste volgorde.
visiter - nous - allons - le musée

Mets les mots dans le bon ordre.
Zet de woorden in de juiste volgorde.
acheter - je - une carte - vais

Mets les mots dans le bon ordre.
Zet de woorden in de juiste volgorde.
elles - manger - une pizza - vont

Heb je nu overzicht over wat je weet en waarmee jij nog moet oefenen voor de toets?

😒🙁😐🙂😃

Les devoirs:

Herhaal chap7:

voca AB, zinnen C, 

gram DH + H chap6

voor de deeltoets van volgende week