This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Economie
3B
H8.3 nieuwe technieken
Slide 1 - Slide
Welkom terug!
- Telefoon in je tas
- Boek op tafel
- Schrift op tafel - Rekenmachine en pen op tafel
Slide 2 - Slide
Aan het einde van de les
kan ik de invloed van verschillende vormen van innovatie uitleggen.
kan ik uitleggen welke invloed innovatie heeft op de arbeidsproductiviteit.
Slide 3 - Slide
Nieuwe technieken
Vervangen van menselijke arbeid door machines heet Mechanisering: denk aan een heftruck of een trekker
of een hijskraan
Slide 4 - Slide
Nieuwe technieken
Als het denkwerk door computers wordt overgenomen heet dit: Automatisering
Denk aan bestelsysteem in supermarkt, uitlenen van boeken in de bibliotheek.
Slide 5 - Slide
Productiecapaciteit
Productiecapaciteit = hoeveel kan er gemaakt worden als je alle machines en personeel inzet.
Als er niet genoeg werk is of machines staan stil : onderbezetting
De bezettingsgraad is de werkelijke productie in procenten van de productiecapaciteit
Slide 6 - Slide
betere organisatie
Mechanisatie
Scholing
Automatisering
Geestelijke arbeid wordt door computers overgenomen.
Lichamelijke arbeid wordt overgenomen door machines.
Werknemers moeten kunnen omgaan met nieuwe technieken.
Door een goede planning kan er sneller en beter gewerkt worden
Slide 7 - Drag question
Een machine om straten te leggen is...
A
Automatisering
B
Mechanisatie
C
Afschrijving
D
Arbeidsproductiviteit
Slide 8 - Quiz
Bereken de totale productiecapaciteit per jaar wanneer er 450 auto's per week worden gemaakt.
A
450
B
20.250
C
23.400
D
90.500
Slide 9 - Quiz
Is er op de afbeelding sprake van mechanisatie of automatisering?
A
Mechanisatie
B
Automatisering
Slide 10 - Quiz
Leiden mechanisatie en automatisering tot een hogere of lagere arbeidsproductiviteit?
A
Hoger
B
lager
Slide 11 - Quiz
Bezettingsgraad
Werkelijke productie t.o.v. capaciteit.
Wat gebruik ik t.o.v. wat kan ik max gebruiken
Slide 12 - Slide
Onderbezetting
Het verschil tussen wat kan en wat het werkelijk is.
Capaciteit / werkelijke productie
Een machine kan meer doen maar wordt niet goed benut.
Slide 13 - Slide
Een fietsenfabriek heeft een productiecapaciteit van 50 fietsen per dag. Er worden 40 fietsen geproduceerd. Bereken de 1) onderbezetting in aantal stuks 2. De bezettingsgraad in %
Een fietsenfabriek heeft een productiecapaciteit van 120 fietsen per dag. Er worden 90 fietsen geproduceerd.
1. De onderbezetting is ................ stuks
2. Bezettingsgraad is............%
Slide 14 - Slide
Innovatie
Innovatie heeft invloed op het koopgedrag.
Er komen vaak nieuwe producten op de markt of een product wordt vernieuwd. Dit is mogelijk door technologische ontwikkelingen. Behoeften van de consument veranderen hierdoor.