Luistertoets en Herhaling van hoofdstuk 1 en 2

1 / 20
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

We starten in 5 minuten met de les.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Lesprogramma
A: Luistertoets van 20 minuten
B: Samenvatting boekje
B: Herhaling van hoofdtstuk 1
C: Herhaling van hoofdstuk 2
D: Kahoot woordenlijst

Slide 4 - Slide

Lesdoelen
Lesdoelen voor vandaag:
Después de la clase... 
  • R: Ken je de bepaalde en onbepaalde lidwoorden in het Spaans.
  • R: Ken je het werkwoord gustar in het Spaans.
  • R: Ken je de uitgangen van de regelmatige werkwoorden
  • T1: kan je de werkwoorden HABLAR, LLAMARSE, SERTENER, escuchar, aprender en escribir in de tegenwoordige tijd vervoegen.
  • T1: Kan je de Spaanse lidwoorden toepassen in een zin.
  • T1: Kan je het werkwoord gustar toepassen in een zin.

 

Slide 5 - Slide

Luisteropdracht 1

Slide 6 - Slide

Luisteropdracht 2

Slide 7 - Slide

Luisteropdracht 3

Slide 8 - Slide

Luisteropdracht 4

Slide 9 - Slide

De lidwoorden / los artículos
-Mannelijk/ vrouwelijk
-Enkelvoud/ meervoud
                                          de/het


                       
een

Slide 10 - Slide

De lidwoorden / los artículos
Mannelijk
Vrouwelijk
Mannelijk
Vrouwelijk
Enkelvoud
Meervoud
(de/het)
(een)

Slide 11 - Slide

Vul het juiste lidwoord in (el, la, los, las, un, una, unos, unas)
1. Yo como ________ (een)manzana y __________ (een)plátano.
2. Él tiene ____________________ (de/het) libros.
3. Vamos a comprar _______________ (de/het) comida.
4. Ella tiene _____________________ (een) perro.
5. ______________________ (de/het) chica es rubia.
6. Tenemos _____________ (een) nuevo profesor.
7. ¿Puedes cerrar ________________ (de/het) puerta?
8. (De/het) _________________________ chico es holandés.
9. (Een) _________________________ playas son bonitas.
10. Mi padre compra ___________________ (een) coche nuevo.

Slide 12 - Slide

Gustar = leuk vinden/ houden van
Bij gustar moet je altijd op 2 dingen letten:

1. De persoon:
Rijtje van: me, te, le, nos, os, les

2. Staat dat wat je leuk vindt in het: enkelvoud, meervoud, of is het een werkwoord.


pagina 40

Slide 13 - Slide

Werkwoord gustar
pagina 40
zelfstandig naamwoord, enkelvoud / hele werkwoord
zelfstandig naamwoord, meervoud

Slide 14 - Slide

Gustar = leuk vinden/ houden van
Vul de juiste vorm van gustar (gusta of gustan) en het juiste voornaamwoord (me, te, le, nos, os, les) in.

1. A Juan y a mí ____________________________________ el fútbol.
2. A vosotros ____________________________________ los gatos.
3. A mí ____________________________________ viajar.
4. A él ____________________________________ las fiestas.
5. A ustedes ____________________________________ los libros.
6. A ti ____________________________________ los coches.
7. A María ____________________________________ el chocolate.

Slide 15 - Slide

Kahoot
https://kahoot.it/ 

Slide 16 - Slide


Wat zijn de lidwoorden "de/het" in het Spaans? (ev & mv)

Slide 17 - Open question


Wanneer gebruik je "gusta"?

Slide 18 - Open question

Lesdoelen ✔
Después de la clase...

  • R: Ken je de bepaaplde en onbepaalde lidwoorden in het Spaans.
  • R: Ken je het werkwoord gustar in het Spaans.
  • T1: Kan je de Spaanse lidwoorden toepassen in een zin.
  • T1: Kan je het werkwoord gustar toepassen in een zin.


Slide 19 - Slide

Het herhalen deze week ging bij mij:
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll