What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Vragen maken met en zonder vraagwoord NT2
Vragen maken
1 / 19
next
Slide 1:
Slide
NT2
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
40 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Vragen maken
Slide 1 - Slide
Vragen met een vraagwoord:
Wie
Wat
Waar
Wanneer
Hoeveel
Waarom
Slide 2 - Slide
Vragen met een vraagwoord:
Wie ben jij?
vraagwoord + werkwoord + wie/wat
1. 2. 3.
Slide 3 - Slide
Vragen zonder vraagwoord:
Gaat Julia naar de markt?
werkwoord + wie/wat + rest
1. 2. 3.
Slide 4 - Slide
Vragen met een vraagwoord:
Wat is dat?
vraagwoord + werkwoord + wie/wat
1. 2. 3.
Slide 5 - Slide
Maak een vraag die begint met :
Wanneer ...........................................?
Slide 6 - Open question
Maak een vraag die begint met :
Waar ........................................................?
Slide 7 - Open question
Maak zelf een vraag met:
Hoeveel ..................................?
Slide 8 - Open question
Maak zelf een vraag met:
Wat ..................................?
Slide 9 - Open question
Je kunt vragen beginnen met een
vraagwoord
.
Je kunt vragen ook beginnen met een
werkwoord.
Het werkwoord staat in een vraag op de
eerste plaats.
Slide 10 - Slide
werkwoord
wie of wat
rest
(wanneer, wat, waar)
Wil
je
een kopje koffie?
Gaat
Julia
naar de markt?
Is
de soep
klaar?
Eet
Paul
's middags brood?
Vinden
jullie
deze les moeilijk?
Begrijp
je
wat ik bedoel?
Slide 11 - Slide
Als je een vraag maakt met
je
of
jij
? Dan schrijf je de
ik-vorm
.
Jij
wilt
een kopje koffie -
Wil
je een kopje koffie?
Jij
gaat
naar huis -
Ga
jij naar de huis?
Jij
vindt
soep lekker -
Vind
jij soep lekker?
Slide 12 - Slide
Begint de vraag met een werkwoord?
Dan begint het antwoord altijd met
ja
of
nee.
Koop jij groenten? Ja, ik koop groenten.
Koop je vlees? Nee, ik koop vis.
Slide 13 - Slide
Maak vraag.
Hij gaat naar school.
Slide 14 - Open question
Maak vraag.
De tandarts werkt op vrijdag.
Slide 15 - Open question
Maak vraag.
Jij bent ziek.
Slide 16 - Open question
Maak vraag.
Hij begrijpt de opdracht.
Slide 17 - Open question
Maak vraag.
Jij vindt het eten lekker.
Slide 18 - Open question
Wie
Waar
Hoe
Wanneer
Slide 19 - Drag question
More lessons like this
Vragen maken met en zonder vraagwoord NT2
18 days ago
- Lesson with
19 slides
NT2
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Vragen maken met en zonder vraagwoord NT2
March 2024
- Lesson with
19 slides
NT2
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Alfa 3 A1 TC 4.11
February 2023
- Lesson with
19 slides
NT2
MBO
Studiejaar 2
Vragen maken met en zonder vraagwoord NT2
April 2024
- Lesson with
22 slides
NT2
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
4.11: vragen maken (2)
September 2024
- Lesson with
14 slides
NT2
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
4.11: vragen maken (2)
December 2023
- Lesson with
14 slides
NT2
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Vragen en antwoorden met een zin
October 2024
- Lesson with
45 slides
NT2
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Nieuwe groep Blauw 30 okt vragen maken
October 2023
- Lesson with
11 slides
NT2
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1