1HV_Chapitre 1_F

Programme
Parler
Prononciation
Vocabulaire E & F
F. Lire

1 / 15
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Programme
Parler
Prononciation
Vocabulaire E & F
F. Lire

Slide 1 - Slide

Leerdoel
Je kunt iets vertellen over jezelf en je familieleden.

Je kent woorden die te maken hebben met familie.

Je kunt een tijdschriftartikel over familieleden begrijpen.

Slide 2 - Slide

Parler
Bonjour, ça va?
Comment tu t'appelles?
Tu habites où?
Tu as quel âge?
Tu as un frère / une soeur?
Il / Elle s'appelle comment?


timer
1:00

Slide 3 - Slide

Prononciation
Veel woorden eindigen in het Frans op een d, t of s.
Deze spreek je NIET uit,  bijv.
très
d'accord
le sport
on fait

Slide 4 - Slide

Prononciation
De h spreek je in het Frans NIET uit. Dit wordt een stomme h genoemd > hôtel

Komt er een lidwoord voor een h? Dan behandel je de h als een klinker > l'hôtel

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Mindmap: La famille
Utilise vocabulaire A, B, E, F (p. 52-53)
Noteer de Franse woorden (inclusief lidwoorden)
timer
5:00

Slide 7 - Slide

Au travail!
F. Lire (p. 42)
Fais: exercice 24abd + 25 + 26a

zelfstandig zonder te praten
timer
10:00

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Link

Slide 10 - Link

Programme
Contrôle des devoirs 
(ex. 24-26)
Parler
Ecrire

Slide 11 - Slide

Leerdoel
Je kunt iets vertellen over jezelf en je familieleden (mondeling en schriftelijk).

Je kent woorden die te maken hebben met familie.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Slide

Au travail: écris!
  • Exercice 32 + 33 (p. 51)
Gebruik de phrases-clés p. 54

  • Le Pont, p. 137-138: exercice 1 + 2
Gebruik de woorden van p. 52-53

Slide 15 - Slide