This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.
Items in this lesson
BREINOLOGIE
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Leerdoelen
Weten hoe je brein eruit ziet
Weten hoe je brein werkt
Slide 2 - Slide
This item has no instructions
Hersenen
Slide 3 - Mind map
Wat weet jij al over de hersenen?
Werking van de hersenen
Onderdeel van het centraal zenuwstelsel
Omsloten door schedel en hersenvliezen
Grootte als kokosnoot, vorm als walnoot
1,4 kilogram
16 miljard hersencellen
Twee helften
Slide 4 - Slide
De hersenen vormen samen met het ruggenmerg het centraal zenuwstelsel. Dit is een netwerk van cellen dat informatie kan opnemen en verwerken. Ter bescherming zijn de hersenen omsloten door een schedel en hersenvliezen. De omvang is te vergelijken met een kokosnoot. De hersenen hebben de vorm van een walnoot. Het brein van een gezonde volwassene weegt ongeveer 1,4 kilo.
Ieder mens heeft ongeveer 16 miljard hersencellen in het brein. Deze hersencellen verspreiden zich over twee helften: de linker- en de rechterhersenhelft.
Hersencellen
Neuronen
Stam = axon = informatie doorgeven
Tak = dendriet = informatie ontvangen
Nieuwe verbindingen
Slide 5 - Slide
Een hersencel wordt ook wel een neuron genoemd. De stam van een hersencel noemen we een axon en de takken noemen we dendrieten. De axon geeft informatie door aan andere cellen en de dendrieten ontvangen informatie. Op die manier hebben hersencellen contact met elkaar. Als er contact wordt gemaakt tussen hersensellen en een boodschap wordt doorgegeven, zeggen we dat de hersencellen met elkaar vuren. Er worden dan nieuwe verbindingen gemaakt. Het contact is eerst heel zwak, maar als dezelfde cellen steeds weer contact met elkaar maken en vuren, dan wordt de verbinding steeds sterker.
Slide 6 - Video
This item has no instructions
De kracht van
herhaling
Slide 7 - Slide
Als je iets nieuws moet leren, bijvoorbeeld woordjes, en je doet dat maar één of twee keer, dan is die kennis in je brein nog maar een bergweggetje. Als je de leerstof herhaalt en op de juiste manier opslaat, verandert er iets in de verbindingen tussen hersencellen. Deze verbindingen worden steeds sterker en vormen uiteindelijk een soort ‘snelweg’ in het brein. De geleerde informatie of vaardigheid is nu geautomatiseerd. Als je eenmaal iets echt hebt geleerd, kun je het niet meer ‘verleren’. Zelfs na jaren weet je dan nog dingen die je misschien niet eens meer wil weten. Het kan zijn dat je kennis een beetje moet worden ‘afgestoft’, maar als je het even opzoekt, weet je het ook direct weer. Dit verklaart ook waarom het lastig is om nieuwe gewoontes aan te leren. Je hersenen hebben nog een snelweg van het oude en het nieuwe is nog maar een bergweggetje. Het is voor je brein veel makkelijker om de snelweg te kiezen. Kiezen voor een bergweggetje kost inspanning.
Slide 8 - Video
This item has no instructions
Eigenschappen van ons brein
Plastisch
Zuinig
33% van voeding en zuurstof
Bloedvaten open door sporten
Slide 9 - Slide
Je brein is plastisch; het leert steeds maar door. Bij de geboorte zijn al onze zenuwcellen al aanwezig. Tot ongeveer je 24e leer je makkelijk. Daarna ook nog, maar dan kost het iets meer inspanning. Je brein is dus je hele leven in staat om nieuwe dingen te leren. Het brein is ook erg zuinig. Wat niet herhaald of geoefend wordt, wordt geschrapt.
Voeding en zuurstof zijn erg belangrijk voor je brein. Zo’n 33 procent van wat je eet en inademt gebruikt het brein. Door te sporten gaan bloedvaten open en kan er gemakkelijker meer zuurstof en voeding naar het brein. Daarom zijn sporten en goede voeding belangrijk.
Slide 10 - Slide
Je brein is de hele dag actief. Het doet steeds iets met de informatie die je tegenkomt. Soms is die informatie verwarrend, zoals in dit plaatje. Je ziet het woord blauw, maar het is in het rood geschreven. Lees de woorden zoals ze staan en benoem daarna de kleuren die je ziet.
Je brein is hard aan het werk bij zo’n opdracht. Het brein is van nature lui en zal je laten zeggen wat hij als eerste waarneemt. Bij sommigen is dat het woord, bij sommigen de kleur en sommigen wisselen het door elkaar. Wanneer je niet vasthoudt aan je eerste waarneming, moet je brein hard werken.
Slide 11 - Video
Al onze bewegingen worden gestuurd vanuit ons brein. De linkerhersenhelft stuurt de rechterkant van het lichaam aan en de rechterhersenhelft stuurt de linkerkant aan. De linkerhersenhelft is goed in taal, analyseren, logisch denken, details, systematisch denken, feiten, orde en patronen. De rechterhersenhelft is goed in beelden, intuïtie, creativiteit, het grotere geheel zien, oplossingen bedenken, fantasie, verbeelding.