Persoonlijke verzorging les 3

Verzorging en wonen
1 / 28
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Verzorging en wonen

Slide 1 - Slide

Wat vind jij belangrijk
als we het hebben over verzorging?

Slide 2 - Mind map

Les 3
Instrumentele Activiteiten van het Dagelijks Leven (IADL)

Slide 3 - Slide

Wat betekend Instrumentele ADL
  •  koken = je voedsel bereiden/ geschikt maken voor consumptie
  •  vervoeren = je verplaatsen van de ene locatie naar de andere al dan niet door gebruik te maken van een vervoersmiddel (fiets, auto, openbaar vervoer e.d.)
  • Inkopen doen = spullen (eten, drinken, kleding e.d.) kopen die je nodig hebt 
  • Huishoudelijk werk = je woning en directe omgeving schoonmaken en verzorgen.
  • Administratie = je post verwerken en berichten van diensten waar je gebruik van maakt ordenen en afhandelen. Kennis en gebruik van instanties is bijvoorbeeld: communicatie en gebruik maken van (de diensten van) school, belastingdienst, bank, commerciële diensten en services (abonnementen), clubs en verenigingen, verzekering.
  • medicijnen = als je medicijnen gebruikt voor lichamelijke en/of geestelijke stoornissen neem je deze in zoals voorgeschreven (het gaat hier specifiek om het innemen, de ‘medicatiemanagement’)
  • Kennis en gebruik van anticonceptie: (leeftijdsadequaat) kennis van anticonceptie en juist gebruik van anticonceptie indien nodig.
  • apparaten en producten = de apparaten (zoals telefoon, computer, televisie e.d.) en producten (zoals tandpasta, voorbehoedmiddelen, scheermesjes, vuilniszakken e.d.) gebruik je als je ze nodig hebt en waarvoor ze bedoeld zijn.

Slide 4 - Slide

Wie denkt dat hij/zij de instrumentele ADL beheerst
A
Ja ik beheers alles
B
Ik heb hier nog hulp bij nodig
C
Ik beheers het maar er zijn aandachtspunten

Slide 5 - Quiz

Koken = ik kan voedsel bereiden/ geschikt maken voor consumptie
A
Ja dit kan ik
B
Nee dit kan ik niet
C
Ik heb hier hulp bij nodig

Slide 6 - Quiz

Vervoeren = ik kan mij verplaatsen van de ene locatie naar de andere al dan niet door gebruik te maken van een vervoersmiddel (fiets, auto, openbaar vervoer e.d.)
A
Ja
B
Nee
C
Ik heb hier soms hulp bij nodig

Slide 7 - Quiz

Ik douche elke dag
A
Ja
B
Nee
C
Ik douche meerdere keren per dag

Slide 8 - Quiz

Ik word eraan herinnert dat ik moet douchen
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quiz

Wist je dat
Deze aanhangsels worden bij een grondige reiniging jammerlijk verwaarloosd: slechts 49% van de mensen gaf aan dat ze hun voeten wassen onder de douche.

Slide 10 - Slide

Ik trek elke dag schone kleren aan
A
Ja
B
Nee

Slide 11 - Quiz

Ik draag sommige kledingstukken meerdere keren
A
Ja
B
Nee
C
Alleen als het schoon ruikt/ schoon uitziet
D
Ligt aan de situatie

Slide 12 - Quiz

Ik kan mij kleden naar het weer
A
Ja
B
Nee
C
Ik heb hier hulp bij nodig

Slide 13 - Quiz

Ik gebruik deodorant
A
Ja alleen 's ochtends
B
Nee
C
Ja meerdere keren per dag

Slide 14 - Quiz

Wat voor deodorant gebruik je?

Slide 15 - Open question

Verschillende soorten deo's


- Bodyspray (geeft het lichaam een geur)
- Antiperspirant ( tegen geur) 
- Antitransparant ( tegen zweet).

Slide 16 - Slide

Wat voor soort deo gebruik jij?
A
Bodyspray
B
Antiperspirant
C
Antitranspirant
D
Weet ik niet

Slide 17 - Quiz

voorbeeld Axe deo

Slide 18 - Slide

Ik gebruik een luchtje
A
Ja
B
Nee

Slide 19 - Quiz

Ik eet meerdere keren per dag
A
Ja
B
Nee
C
Ik moet hier aan herinnert worden

Slide 20 - Quiz

Ik eet gezond en gevarieerd
A
Ja
B
Nee
C
Soms
D
Ik heb hier hulp bij nodig

Slide 21 - Quiz

Ik ga regelmatig naar het toilet
A
Ja
B
Nee
C
Soms moet ik hieraan herinnert worden

Slide 22 - Quiz

Ik ga op de boerderij naar het toilet
A
Ja
B
Nee
C
Soms moet ik hieraan herinnert worden

Slide 23 - Quiz

Ik was mijn handen na een toiletbezoek
A
Ja met water
B
Nee
C
Soms moet ik hieraan herinnert worden
D
Ja met water en zeep

Slide 24 - Quiz

Wist je dat
Slechts 30% wast de handen met zeep na een toiletbezoek

47% van de ziektes zijn te voorkomen indien de handen goed gewassen worden.

Slide 25 - Slide

We zijn aan het einde van de les
Nu stel ik jullie dezelfde vraag

Slide 26 - Slide

Wie denkt dat hij/zij de basale ADL beheerst?
A
Ja ik beheers alles
B
Ik heb hier nog hulp bij nodig
C
Ik beheers het maar er zijn aandachtspunten

Slide 27 - Quiz

Nog vragen of opmerkingen voor mij?
Of wil je een van de onderwerpen nabespreken?

Slide 28 - Slide