3 vmbo-k/pm 2.3 reductiedeling

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, g
• Leerjaar 3

2.3 REDUCTIEDELING

wat gaan we vandaag doen?

herhaling vorige les: voortplantingsstelsel vrouw

leerdoelen vandaag

nieuwe theorie: 2.3 reductiedeling

zelf aan de slag

herhalen leerdoelen

Waar worden de eicellen gemaakt?

1. eileider
2. baarmoeder
3. eierstokken
4. vagina

Waarin liggen de eicellen in de eierstokken?

1. in eierblaasjes
2. in follikels
3. in fragmenten
4. in klompjes

Hoe noem je de periode waarin een vrouw niet meer vruchtbaar is?

leerdoelen vandaag

Aan het einde van de les:

- weet je wat er bedoeld wordt met reductiedeling (meiose)

- weet je wat het doel van reductiedeling is

- kan je globaal de verschillende fasen van de reductiedeling beschrijven

gewone celdeling

gehad in thema 1 (mitose)

ontstaan nieuwe lichaamscellen

dochtercellen hebben evenveel chromosomen als moedercel:

46 chromosomen

reductiedeling

meiose

ontstaan van geslachtscellen: eicellen en zaadcellen

geslachtscellen hebben de helft van het aantal chromosomen van de moedercel (een lichaamscel):

23 chromosomen

reductiedeling

Door bevruchting van een eicel (23 chromosomen) door een zaadcel (23 chromosomen) ontstaat er een bevruchte eicel met 46 chromosomen (23 + 23).

reductiedeling

De reductiedeling verloopt in fasen (net als de gewone deling uit thema 1).

Reductiedeling vindt plaats:

- in de eierstokken van de vrouw (productie eicellen)

- in de teelballen van de man (productie zaadcellen)

reductiedeling

meiose

gewone celdeling

mitose

aanmaak geslachtscellen

aanmaak gewone cellen

de helft van het aantal chromosomen

evenveel chromosomen als de moedercel

Vragen?

vragen?