Les 4 van 12 Laatste letter -d, of -t?

Rico
Aliyah
Ecrin
Gabi
Seppe
Marco
Givano
Dyonn
Miran
Angel
Adriana
Maysa
Marten
Quinten
Chelsea
Sylvi
Maikel
Ilayda
Delano
bord 
Frans
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Rico
Aliyah
Ecrin
Gabi
Seppe
Marco
Givano
Dyonn
Miran
Angel
Adriana
Maysa
Marten
Quinten
Chelsea
Sylvi
Maikel
Ilayda
Delano
bord 
Frans

Slide 1 - Slide

Welkom!  - leg je spullen klaar -

Slide 2 - Slide

Vandaag
- stil lezen
- praten over je boek
- korte uitleg
- zelfstandig werken
- evaluatie

Slide 3 - Slide

Stil lezen
timer
8:00

Slide 4 - Slide

Praten over je boek

Slide 5 - Slide

LESDOEL


Aan het eind van de les kun je woorden die eindigen op een -d, of een -t, goed spellen. 

Slide 6 - Slide

Log in, in deze LessonUp

Slide 7 - Slide

Hoe vind je de persoonsvorm in een zin?
De verdachte nam een advocaa.. in de arm.

Wat is in deze zin de persoonsvorm?

Om te bepalen of een woord eindigt op een -d, of een -t, is het belangrijk dat je eerst kijkt of het woord de persoonsvorm is. 

Slide 8 - Slide

-d, of -t
Sommige woorden eindigen op een t-klank.
Zo’n woord schrijf je:
soms met een -t: olifant, wit.
soms met een -d: paard, verwond.

Met de verlengproef weet je welke letter je moet gebruiken.



Slide 9 - Slide

Verlengproef
Zo werkt de verlengproef:
Controleer eerst of het woord de persoonsvorm is. Als het woord géén persoonsvorm is, maak je het langer door er -e, -en of -eren achter te zetten.


Slide 10 - Slide

Verlengproef
Hoor je een t? Schrijf dan een -t aan het eind:
– late → laat;
– boten → boot.
Hoor je een d? Schrijf dan een -d aan het eind:
– rode → rood;
– tanden → tand;
– kinderen → kind.

Slide 11 - Slide

-d of -t?
soorten --> soor...
A
soort
B
soord

Slide 12 - Quiz

-d of -t?
opdrachten --> opdrach
A
opdracht
B
opdrachd

Slide 13 - Quiz

-d of -t?
broden -->broo
A
broot
B
brood

Slide 14 - Quiz

-d of -t?
bestan...en --> bestan...
A
-d
B
-t

Slide 15 - Quiz

-d of -t?
dich...
A
-d
B
-t

Slide 16 - Quiz

-d of -t?
verraa..
A
-d
B
-t

Slide 17 - Quiz

-d of -t?
muggenbul..
A
-d
B
-t

Slide 18 - Quiz

-d of -t?
onderkan..
A
-d
B
-t

Slide 19 - Quiz

-d of -t?
gevraag...
A
-d
B
-t

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Link

Zelfstandig werken
Je gaat naar cursus 7 - paragraaf 3 -d, of -t
Deze les maak je opdrachten 1, 2, 3 en 4 helemaal af. 


timer
20:00

Slide 22 - Slide

-d, of -t? schrijf het antwoord op en vertel wat je hebt gedaan om dit antwoord te krijgen.

Op een dag krijgt Lambik telefoon van een onbeken… iemand

Slide 23 - Open question

Evaluatie
Had je deze laatste vraag goed?
Heb jij je lesdoel behaald?
Volgende les starten we met oefenen met -d of -t  in een kleine oefentoets.

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide