Taal - Gedicht

Taal
1 / 21
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 6

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Taal

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

De Eiffeltoren lacht ons toe.
Vandaag zijn wij _______
in deze ijzeren __________
met de benen van stoer ______
Wie het eerste boven is! Roept Bram.
Een _____ zeg, zucht Mam.
Als ik het maar haal.
We stijgen samen tree voor tree
door de benen van de toren.
Zou hij mijn ______ horen?
Ik klim achter de _______ aan.

Slide 3 - Slide

Wat voor soort tekst was dit?

Slide 4 - Slide

Leerdoelen
- Je leert de opbouw van een gedicht herkennen
- Je leert je mening over een gedicht geven
- Je leert de betekenis van 10 nieuwe woorden en doelwoorden.

Slide 5 - Slide

Ik meet de grootte van de Kerstboom
Jeetje wat is hij lang!
Ik schat de omtrek van de kluit
De boom gaat wel passen, wees maar niet bang

De ballen hang ik op met de klok mee
Hoeveel zouden het er al zijn?
Ik vermenigvuldig ze met het totaal
Het staat prachtig in de maneschijn

Maar wat is de hoogte van de boom nu precies?
En de oppervlakte wil ik ook weten
Hoeveel was het ook al weer?
Oops ik ben het vergeten




Slide 6 - Slide

Ik meet de grootte van de Kerstboom
Jeetje wat is hij lang!
Ik schat de omtrek van de kluit
De boom gaat wel passen, wees maar niet bang

De ballen hang ik op met de klok mee
Hoeveel zouden het er al zijn?
Ik vermenigvuldig ze met het totaal
Het staat prachtig in de maneschijn

Maar wat is de hoogte van de boom nu precies?
En de oppervlakte wil ik ook weten
Hoeveel was het ook al weer?
Oops ik ben het vergeten




Wat voor soort tekst is dit?

Slide 7 - Slide

Waar zie je dit aan?

Slide 8 - Open question

Wat is het doel van de schrijver met deze tekst?

Slide 9 - Open question

Ik meet de grootte van de Kerstboom
Jeetje wat is hij lang!
Ik schat de omtrek van de kluit
De boom gaat wel passen, wees maar niet bang

De ballen hang ik op met de klok mee
Hoeveel zouden het er al zijn?
Ik vermenigvuldig ze met het totaal
Het staat prachtig in de maneschijn

Maar wat is de hoogte van de boom nu precies?
En de oppervlakte wil ik ook weten
Hoeveel was het ook al weer?
Oops ik ben het vergeten




Welk rijmschema zie je?

Slide 10 - Slide

Wat is het rijmschema van het gedicht?
A
a b a b
B
a b c b
C
a a b b
D
a b c d

Slide 11 - Quiz

Vond jij het een goed gedicht?
Waarom wel of niet?

Slide 12 - Open question

Ik denk dat wel 100 kerstballen heb
Na mij gaat degene die links zit
2 x 2 = 4
De sneeuwbal is rond
Ik gebruik mijn lineaal
Wij hebben 3 Kerstbomen
Schatten
Met de klok mee
Vermenig-
vuldigen
Cirkel
Meten
Totaal

Slide 13 - Drag question

Vandaag is de burgemeester
_______
bij het Kerstcircus
A
hoogtevrees
B
knikkende knieën
C
te gast
D
indrukwekkende

Slide 14 - Quiz

Een artiest hangt in de
_______
van de circustent
A
hoogtevrees
B
knikkende knieën
C
te gast
D
nok

Slide 15 - Quiz

Het is een
_______
show, zegt de burgemeester.
A
hoogtevrees
B
knikkende knieën
C
indrukwekkende
D
nok

Slide 16 - Quiz

Zou zo'n artiest helemaal geen
_______
hebben?
A
hoogtevrees
B
knikkende knieën
C
indrukwekkende
D
nok

Slide 17 - Quiz

Ik zou
_______
als ik zo hoog hing!
A
hoogtevrees
B
knikkende knieën
C
indrukwekkende
D
wit wegtrekken

Slide 18 - Quiz

En
_______
hebben als ik weer op de grond stond.
A
hoogtevrees
B
knikkende knieën
C
indrukwekkende
D
wit wegtrekken

Slide 19 - Quiz

2 Opdrachten
- Maak een gedicht over Kerst met minimaal 4 regels
- Maak een woordspin over Kerst met minimaal 10 woorden

Slide 20 - Slide

Woordspin Kerst

Slide 21 - Mind map