Lessenserie schrijven met samenhang les 2 tekstverbanden
Welkom
Schrijven met samenhang 2
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1
This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Welkom
Schrijven met samenhang 2
Slide 1 - Slide
Vandaag
Korte terugblik
Uitleg tekstverbanden en signaalwoorden
Opdrachten
Afsluiting
Doel: na deze les ken je 5 tekstverbanden en de bijbehorende signaalwoorden daarbij. Je kan ze herkennen en gebruiken.
Slide 2 - Slide
Wat is het doel van een nieuwsbericht?
Slide 3 - Mind map
Uit welke onderdelen bestaat een nieuwsbericht?
Slide 4 - Open question
Op welke vragen geef je antwoord in de inleiding?
Slide 5 - Open question
Zit er in de volgende zin een opsomming, tegenstelling of voorbeeld? Hij haalde appels, peren en kiwi's.
uitleg
A
opsomming
B
tegenstelling
C
voorbeeld
D
reden
Slide 6 - Quiz
Welke vraag heb je over de theorie, die je thuis hebt doorgenomen?
Slide 7 - Open question
Ik heb geen regenjas, maar ik ga toch naar buiten.
A
opsomming
B
tegenstelling
C
voorbeeld
D
chronologisch verband
Slide 8 - Quiz
Om te zwemmen heb ik een badpak en handdoek nodig, daarnaast is het prettig als ik ook een zwembril heb. Benoem de signaalwoorden en het verband.
Slide 9 - Open question
Welke verbanden heb je geleerd en welke signaalwoorden horen daarbij?
Slide 10 - Open question
Welke vraag of vragen heb je nog over de theorie?
Slide 11 - Open question
Opdracht
Je gaat het krantenartikel dat in stukjes is geknipt, in de goede volgorde leggen.
Je haalt de antwoorden op de 5w1h-vragen eruit en kijkt waar . deze staan. In de inleiding, het middenstuk of het slot. Klopt dit met de theorie?
Je onderstreept alle signaalwoorden en benoemt de tekstverbanden daarbij,
timer
20:00
Slide 12 - Slide
Tekstverbanden en signaalwoorden
- opsomming
- tegenstelling
- chronologisch/tijd
- voorbeeld
- reden
Slide 13 - Slide
Theorie
Tekstverbanden en signaalwoorden
- Tekstverbanden zorgen voor samenhangin een tekst.
- Signaalwoorden geven tekstverbanden aan. Signaalwoorden geven een signaal aan de lezer. De lezer kan door deze signaalwoorden de tekst beter begrijpen.
Uitleg
Slide 14 - Slide
Opsomming
- en, ook, verder, bovendien, daarnaast, vervolgens etc.
Ik heb vandaag yoghurt gegeten en twee boterhammen. Daarnaast at ik een appel en een banaan. Ook at ik nog een Snickers.
Uitleg
Slide 15 - Slide
Chronologisch verband of tijdsverband
Je geeft met dit verband aan in welke volgorde gebeurtenissen hebben plaatsgevonden.
-voordat, eerst, aanvankelijk, nadat, intussen, tegelijkertijd, daarna etc.