Les 2, deel 1/3: Tiener wil dure merkkleding

Les 2: Tiener wil dure merkkleding
DEEL 1
1 / 19
next
Slide 1: Slide
WoordenschatWereldoriëntatie+1BasisschoolGroep 7

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Les 2: Tiener wil dure merkkleding
DEEL 1

Slide 1 - Slide

NB:
Dit lesmateriaal is tot stand gekomen in de periode 2021 - 2024 in het project UGO (Utrecht Gelijke Onderwijskansen) op basis van het curriculum van de voormalig Brede School Academie (BSA) Utrecht en in samenwerking met de gemeente Utrecht en de Utrechtse schoolbesturen PCOU Willibrord, SPO Utrecht en KSU. Het project UGO eindigt op 1 oktober 2024.
 
       weet je meer over hoe tieners zich 
      40 jaar geleden kleedden;
 
       heb je kennisgemaakt met tien
       nieuwe woorden.
     Aan het eind van dit deel van de les:

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

de introductie 
op de tekst
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Modetrends
Mode verandert hele snel. Hoe kleedden tieners zich tien jaar geleden, of in de tijd van jouw ouders? Verschilt dat veel van de kleding die jij nu draagt? En droegen de tieners van vroeger ook merkkleding?


de introductie
de woordenschat
In de volgende slide kun je invullen waar je aan denkt bij 'mode van vroeger'.
terugblikken en vooruitkijken

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

de woordenschat
Vul in waar jij aan denkt bij dit onderwerp.
mode van vroeger
de introductie
terugblikken en vooruitkijken

Slide 5 - Mind map

This item has no instructions

het introductiefilmpje
Voordat je in deel 2 van deze les de tekst gaat lezen, ga je dit filmpje bekijken. Hierin zie je hoe kinderen zich 40 jaar geleden kleedden. Heel anders dan nu??

 Klik op de link om het filmpje te starten.
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Vragen beantwoorden
In deze lessen ga je vaak vragen beantwoorden:
     Van sommige vragen staat het antwoord in de tekst of hoor of zie je het 
     antwoord in het introductiefilmpje. Dit zijn de lees- en kijkvragen.
     Bij andere vragen is dat niet zo. Daarop vind je je antwoord door goed na te
     denken over de informatie uit de tekst of het introductiefilmpje. Die vragen 
     noemen we denkvragen.

de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken
Bij deze lessen hoort een hand-out met uitleg over hoe je op een goede manier antwoord geeft op de denkvragen. Vraag ernaar bij je leerkracht en maak steeds gebruik van de tips. Die gelden natuurlijk ook voor andere vragen!

Slide 7 - Slide

Print de hand-out 'Denkvragen beantwoorden' voor je leerlingen uit en besteed er deze 1e les van het blok veel aandacht aan.

Het is de bedoeling dat de leerlingen steeds gebruik maken van de tips en handvaten die in de hand-out geboden worden en zich deze manier van antwoord geven eigen gaan maken.

Benoem dit regelmatig bij de open vragen.

Wat hebben de leerlingen die de fototentoonstelling bezochten daarvan geleerd?
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 8 - Open question

Een van de leerlingen vertelt (aan het eind van het filmpje) dat ze heeft geleerd dat je mag dragen wat je wil, zolang je je er prettig in voelt.

Stel over 40 jaar is er een fototentoonstelling over hoe jullie je nu kleden. Wat zou je op die foto's zien? Leg uit.
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

woordenschat
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

de kwestie
   je zinnen ergens op zetten
talen naar
bemiddeld
klakkeloos
In de tekst die je in deel 2 van deze les gaat lezen, leer je twaalf (!) nieuwe woorden. Hier zie je alvast de eerste zes:
Klik op het nummer bij het woord om
de betekenis van het woord en een
voorbeeldzin te laten verschijnen.
Klik op het geluidsfragment om het woord te beluisteren.
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken
Woord: de kwestie
Betekenis: het probleem
Voorbeeldzin: De kwestie rond het onveilige oversteekpunt is nu opgelost: er is een zebrapad en een verkeersdrempel.
1
Woord: je zinnen ergens op zetten
Betekenis: iets graag willen hebben
Voorbeeldzin: Eva heeft haar zinnen gezet op een 8 voor haar topo-toets en leert nu dus keihard.
2
Woord: talen naar
Betekenis: ergens belangstelling voor hebben
Voorbeeldzin: Mijn kleine zusje taalt helemaal niet meer naar haar speentje.
3
Woord: bemiddeld
Betekenis: met veel geld
Voorbeeldzin: Bakoko komt uit een bemiddelde familie die ook veel huizen bezit.
4
Woord: klakkeloos
Betekenis: zonder nadenken of zonder te controleren
Voorbeeldzin: Prishni geloofde klakkeloos wat haar moeder zei en kwam er pas later achter dat het een grapje was.
5
  in goede aarde vallen
Woord: in goede aarde vallen
Betekenis: als ideeën, plannen of voorstellen positief worden ontvangen door anderen
Voorbeeldzin: Het voorstel van de juf om met z’n allen een ijsje te gaan halen, viel in goede aarde bij de leerlingen.
6

Slide 11 - Slide

Kernbegrippen uit de tekst:
  • bemiddeld
  • de positie
  • de druk
  • beseffen

(zie ook 4.2.1 van de 'Algemene handleiding PO')

de druk
oppervlakkig
beseffen
de positie
het uiterlijk
En hier de tweede helft van de nieuwe woorden:
Klik ook hier op het nummer bij het woord om de betekenis van het woord en een voorbeeldzin te laten verschijnen.
Klik op het geluidsfragment om het woord te horen.
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken
Woord: het uiterlijk
Betekenis: hoe iets of iemand eruit ziet
Voorbeeldzin: Sommige mensen zijn heel erg bezig met hun uiterlijk. Ze kijken heel vaak in de spiegel om te zien of alles nog goed zit.
7
Woord: de positie
Betekenis: de plek
Voorbeeldzin: Vanuit zijn positie op de uitkijktoren kon hij het hele dorp overzien.
8
Woord: de druk
Betekenis: wat je voelt als iets of iemand je tot iets dwingt
Voorbeeldzin: De druk die hij voelde toen hij in de voorronde van Holland’s got Talent zat, vond hij helemaal niet fijn.
9
Woord: oppervlakkig
Betekenis: als iets niet zoveel betekent, onbelangrijk
Voorbeeldzin: In de trein hoor je vaak oppervlakkige gesprekken, bijvoorbeeld over het weer of over hoe druk het is.
10
Woord: beseffen
Betekenis: goed begrijpen
Voorbeeldzin: Ik besefte pas achteraf wat er was gebeurd: het was een aardbeving!
11
  een steentje bijdragen
Woord: een steentje bijdragen
Betekenis: meehelpen
Voorbeeldzin: Als iedereen een steentje bijdraagt wordt het zeker een fantastisch feest!
12

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Spelen met de woorden: memory!
de woordenschat
de introductie
terugblikken en vooruitkijken
Klik links op de slipperkaartjes en lees de betekenis die dan verschijnt. Kijk aan de rechterkant welk woord erbij hoort. Klap het slipperkaartje eerst dicht en sleep het dan naar het bijbehorende woord aan de rechterkant.

 

beseffen


bemiddeld

talen naar
de kwestie
het uiterlijk
oppervlakkig
klakkeloos
een steentje bijdragen
in goede aarde vallen
je zinnen ergens op zetten
de druk
de positie
zonder dat je nadenkt of oplet
ergens belangstelling voor hebben
iets graag willen hebben
hoe iets of iemand eruit ziet
als iets niet zoveel betekent, onbelangrijk
met veel geld
meehelpen
goed begrijpen
het probleem
als ideeën, plannen of voorstellen positief worden ontvangen door anderen
wat je voelt als iets of iemand je tot iets dwingt
de plek

Slide 13 - Drag question

This item has no instructions

Welke van deze woorden kende je al? Sleep ze naar het juiste vak.
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken
Ja, dit woord ken ik al.
Nee, dit woord ken ik nog niet.
beseffen
oppervlakkig
de druk
de positie
het uiterlijk
klakkeloos
bemiddeld
talen naar
je zinnen ergens op zetten
de kwestie
in goede aarde vallen
een steentje bijdragen

Slide 14 - Drag question

This item has no instructions

terugblikken & vooruitkijken
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Wat heb jij geleerd over dit onderwerp?
mode van vroeger
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 16 - Mind map

This item has no instructions

De tekst die je in deel 2
gaat lezen, gaat over 
tieners die dure 
merkkleding willen
dragen.
In de volgende slide kun
je invullen wat je daar al
over weet.
het onderwerp van de tekst
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Waar denk jij aan bij dit onderwerp?
tieners en dure merkkleding
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 18 - Mind map

This item has no instructions

Je bent nu klaar met deel 1 van deze les.
Veel plezier met deel 2!
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 19 - Slide

This item has no instructions