Les 2 Betalen en bankieren

Thuis in geldzaken
2.1 Betalen en bankieren
1 / 25
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Thuis in geldzaken
2.1 Betalen en bankieren

Slide 1 - Slide

Planning
  1. Leerdoelen
  2. Filmpje
  3. Quiz H1 + 2.1 + 2.2 

Slide 2 - Slide

Leerdoelen

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Giraal geld
Chartaal geld

Slide 5 - Drag question

Rekenmiddel
Ruilmiddel
Spaarmiddel

Slide 6 - Drag question

Als je een creditcard gebruikt, dan leen je geld
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quiz

Een positief saldo noem je een... saldo
A
credit
B
debet

Slide 8 - Quiz

Het hebben van een fiets is een ...
A
Primaire behoefte
B
Secundaire behoefte

Slide 9 - Quiz

Wat is een primaire behoefte?
A
kleding
B
laptop
C
nieuwe iphone

Slide 10 - Quiz

Uit eten gaan is een?
A
Basis behoefte
B
Luxe behoefte

Slide 11 - Quiz

Je gaat naar de schoonheidsspecialist is hier sprake van een goed of dienst?
A
Goed
B
Dienst

Slide 12 - Quiz

Sleep de aankopen naar het juiste begrip
Goederen 
Diensten 
Je laat je haar knippen
Je haalt boodschappen in huis 
Je gaat naar de film
Je tankt je brommer vol 
Je neemt rijles

Slide 13 - Drag question

Informatieve reclame 
Merkreclame

Ideële reclame
Commerciële reclame

Slide 14 - Drag question

                                     Marketingmix
Prijsbeleid
Plaatsbeleid

Productbeleid
Promotiebeleid

presentatiebeleid

personeelsbeleid
De kok van restaurant De Gouden Haan koopt alleen verse producten voor zijn gerechten
Adri heeft een snackbar gekocht midden in een woonwijk 
Alle werknemers van het bedrijf hebben dezelfde werkkleding aan. Dan zijn ze duidelijk herkenbaar voor de klanten
Anja de Boer zorgt ervoor dat alle artikelen in haar winkel goedkoop zijn.
De winkel ziet er netjes uit. 
Alle producten staan overzichtelijk in de schappen
Alle werknemers van het bedrijf hebben dezelfde werkkleding aan. Dan zijn ze duidelijk herkenbaar voor de klanten

Slide 15 - Drag question

Welke telefoon heeft de beste navigatie
A
Apple Iphone 8
B
LG g6
C
Huawei P20
D
Samsun Galaxy A6

Slide 16 - Quiz

E-commerce = Koop en verkoop van producten via internet.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quiz

Je ouders worden opgebeld door een energiebedrijf en gaan in op het aanbod om hun contract over te zetten. De volgende dag hebben ze spijt van het besluit. Kunnen ze er nog van af?
A
Ja, want dit is een vorm van colportage
B
Ja, want dit is koop op afstand
C
Nee, want dit is geen colportage
D
Nee, want gekocht is gekocht

Slide 18 - Quiz

Hoeveel dagen heeft men bedenktijd bij "koop op afstand"?
A
15
B
7
C
8
D
14

Slide 19 - Quiz

De wet koop op afstand beschermt mij als ik iets bij in de winkel om de hoek koop.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quiz

Een jongen van 14 koopt een Snicker. Deze koopovereenkomst met een minderjarige is geldig.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quiz

Het weigeren van gehandicapten als personeel is een goed voorbeeld van maatschappelijk verantwoord ondernemen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quiz

Max Havelaar strijd tegen armoede in ontwikkelingslanden.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 23 - Quiz

Een evenwichtsprijs ontstaat wanneer ...
A
er meer aanbod is dan vraag.
B
de producent tevreden is met de verkoopprijs.
C
er meer vraag is dan aanbod.
D
vraag en aanbod gelijk zijn aan elkaar.

Slide 24 - Quiz

Op welke datum in november is mevrouw van de Vijver uitgerekend?
A
10 november
B
15 november
C
18 november
D
20 november

Slide 25 - Quiz