16 les 5V GOJ 30 apr vr

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1,3,6

cours du 30 avril

programme du 30 avril

- grammaire 4A 

-  Corriger texte CITO

- Dominos + verbes

- Écrire histoire drôle

Vertaal de volgende zinnen

1. De koning en de koningin zijn deze week in Frankrijk.

2. De koning en de koningin zijn in maart in Parijs gezien.

Vertaal de volgende zinnen

1. De koning en de koningin zijn deze week in Frankrijk.

> Le roi et la reine SONT en France cette semaine.

2. De koning en de koningin zijn in maart in Parijs gezien.

> En mars, le roi et la reine ONT ÉTÉ VUS à Paris, (en mars).

twee keer vertaal je "ZIJN". Vanwaar het verschil in vertaling?

grammaire: la voix passive

4A: la voix passive

- Wat is de leidende vorm?

- stap 1: herken dat je een leidende vorm moet geven!

- stap 2 is veel makkelijker: gewoon leren (Quizlet)

- stap 3: pas het voltooiddeelwoord goed aan op onderwerp!

- Of maak een actieve zin passief (apparte uitleg)

4A: la voix passive

• zal/zullen worden (+ voltooiddw) > sera/seront
• wordt/worden (+ voltooiddw) >  est/sont
• werd/werden (+ voltooiddw) > était/étaient
• is/zijn (+ voltooiddw) > a/onT été
• was/waren (+ voltooiddw) > avAit/avaient été
• door > par

4A: actieve zin passief

1. zoek leidendvw > nieuw onderwerp
2. bepaal tijd van de zin > zet être in die tijd
3. zoek hoofdwerkwoord > wordt voltooiddeelwoord
4. pas voltooiddeelwoord goed aan op onderwerp
5. (onderwerp > wordt leidenvw (door = par))

Il prend une tarte > Une tarte est prisE par lui*

 

4A: persoonlijkvnw na voorzetsel (dus na par)

je > moi

tu > toi

il > lui

ils > eux

Deze blijven gewoon hetzelfde:

elle > elle

nous > nous

vous > vous

elles > elles

devoirs

- maak je grappige verhaal af: maak het vloeiend en grammaticaal correct (schrijfoefening)

- leer Leidse Lijst p. 11&12

- Maak & CORRIGEER  grammatica 4A online (alles) 

LET OP: toets Leidse lijst+leesvaardigheid > vr 28 mei/vr 4juni

                 di 15/vr 18 juni PW grammatica chapitre 4&5

histoire drôle

6 groepen

iedere groep maakt een wiel met Franse woorden 

- pas het volgende wiel aan

- 2x zelfstandignaamwoorden/personen, 2x bijvoeglijknaamwoord, 2x werkwoord

Daarna delen we de wielen die we gebruiken om in je groepje een grappig verhaal te schrijven 

histoire drôle

Met het groepje waar je net mee werkte:

- Je draait de wielen van zelfstandig-, bijvoeglijknaamwoord en werkwoord en maakt daar samen een kloppende zin van (je mag zoveel woorden toevoegen als je wilt). 

- Draai nogmaals voor de volgende zin, ga zo door...

- Voor het huiswerk ga je dit verhaal nog verder perfectioneren.