3.4 grammatica les 3

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Lezen

Je gaat 10 minuten zelfstandig lezen.

Je bent stil.

Je bent met je eigen boek bezig.

Alle andere spullen zijn van tafel.

lesdoelen

Aan het einde van de les:

• weet ik wat de zinsdelen zijn.
• kan in alle zinsdelen benoemen.
• heb ik mijn werk nagekeken.

Petje op, petje af...

Quizzz tijd!

Je zoekt altijd eerst het mv en dan het lv

1. waar
2. niet waar

Van verre zag ze hem aankomen.

--> Van verre = bwb

1. lv
2. bwb
3. mv
4. o

Op zondagmorgen luister ik graag naar Classic FM.

--> luister =

1. pv
2. wg
3. pv en wg
4. geen van deze

Hij gaf het haar.

--> Deze zin heeft geen mv.

1. waar
2. niet waar

Hoge bomen vangen veel wind.

--> veel wind =

1. o
2. lv
3. mv
4. bwb

's Winters draag ik altijd laarzen.

--> 's Winters en altijd =

1. lv
2. mv
3. bwb
4. geen van deze keuzes

De tandartsassistente gaf ik een hand.

--> De tandartsassistente =

1. o
2. lv
3. mv
4. bwb

huiswerk

Maak opdracht 6, 7 en 10 van 3.4 grammatica af.

Nakijken opdrachten...

Stappenplan.

Waar kun je het stappenplan voor zinsontleden vinden? Pak de bladzijde voor je...

Stappenplan

Maak met zijn tweeën of drieën een poster waarin het stappenplan duidelijk wordt uitgelegd.

De duidelijkste/leukste poster komt in verschillende klassen te hangen.

Je hebt voor deze opdracht 15 minuten. Na 15 minuten moet je de poster inleveren.

Oefenen met het stappenplan

Pak de antwoorden van opdracht 10 erbij.

Wissel je schrift met een klasgenoot.

Ontleed nu 3 zinnen uit het schrift van je klasgenoot. Je mag zelf kiezen welke.

Welke 6 zinsdelen moet je nu kennen?

Wanneer benoem je de bijwoordelijke bepaling?

Staat er altijd een bijwoordelijke bepaling in de zin?

Welk zinsdeel vind jij het lastigste om te vinden?