Werkwoordspelling 4H

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Werkwoordspelling?!

Vul voor het werkwoord smurfen (of poepen) in.  Doe (zónder al teveel na te denken) het volgende als dit je hoort:

1.     smurf          =      ik-vorm

2.    smurft         =     ik-vorm + t

3.    smurfte       =     laatste letter stam: 't ex-kofschip toepassen! 

        Erin?     Dan ik-vorm + te                                     Er niet in?    Dan ik-vorm + de

        Let op: is het onderwerp meervoud? Dan ook nog een -n erachter!

4.    gesmurft     =     laatste letter stam: 't-ex-kofschip toepassen!

        Erin?     Dan eindigt het woord op een T      Er niet in?     Dan een D

5.    gesmurfte    =    bijvoeglijk naamwoord, is in 80% ZO KORT MOGELIJK!

Ons bestuur heeft op ons verzoek alle leden en oud-leden geraadpleeg_

1. geraadpleegd
2. geraadpleegt
3. geraadpleegdt
4. geraadplegen

Het is nu nog niet beken_ of hij vandaag aanwezig zal zijn.

1. bekent
2. bekend
3. bekendt
4. bekennen

Volgens dat wetsvoorstel bepaal_ de minister of je wel of geen vergunning krijgt.

1. bepaalt
2. bepaald
3. bepaaldt
4. bepalen

Het laatste wetsvoorstel wor_ je deze week nog toegestuurd.

1. wort
2. word
3. wordt
4. worden

De aan die discussie beste_ tijd voelde gisteren als verloren tijd”, zei Jean Luca Montovani.

1. bestede
2. besteedde
3. besteedte
4. besteden

Wij hadden een offerte aangevraagd voor ons te verbre_ tuinpad.

1. verbrede
2. verbreedde
3. verbreedte
4. verbreden

Onze computers, die indertijd minder dan duizend euro per stuk kos_en, gaan wij nu toch vervangen.

1. kosten
2. kostten
3. koste
4. kostte

Toen wij onze wensen bij een aantal leveranciers onder de aandacht brach_en, werden wij direct gebeld voor een afspraak.

1. brachten
2. brachtten

Mijn docent Nederlands controleerde vroeger al zijn beantwoor_e mailtjes op tikfouten, voordat hij ze verzond.

1. beantwoorde
2. beantworde
3. beantwoordde
4. beantwoordden

Die commissie bestudeer_ nog op welke wijze noodlijdende Europese bedrijven met publiek geld moeten worden geholpen.

1. bestudeerd
2. bestudeerdt
3. bestudeert
4. bestuddeerd

Dat wor_
je toch niet te voor de voeten geworpen?

1. wort
2. word
3. wordt
4. worden

Heb je je nog verveel_
tijdens de les?

1. verveelt
2. verveeld
3. verveeldt
4. vervelen

Vorig jaar plei_
de directieleden voor een strengere aanpak.

1. pleite
2. pleitte
3. pleiten
4. pleitten

Hij vergroo_
de foto zodanig dat alle details zichtbaar waren.

1. vergrote
2. vergrootte
3. vergrode
4. vergroten

Er wordt nog steeds afval langs de kant van de weg gedump_ .

1. gedumpt
2. gedumpd
3. gedumt
4. gedumd

Als jij zijn ontslag bevestig_ , raa_ ik hem een andere functie aan

1. bevestigt, raadt
2. bevestigt, raad
3. bevestigd, raadt
4. bevestigd, raad

Wie zijn vingers bran_ , herstel_ het snelst met lauw water.

1. brand, hersteld
2. brandt, herstelt
3. brandt, hersteld
4. brand, herstelt

Hij zegt dat hij haar altijd vriendelijk benader_ , maar zij heeft iets anders gezeg_ .

1. benaderd, gezegt
2. benaderd, gezegd
3. benadert, gezegd
4. benadert, gezegt

Re_ de brandweer in Tilburg een in een ernstig verhi_ auto opgesloten baby?

1. red, verhite
2. redt, verhite
3. redt, verhitte
4. red, verhitte

Bevraag_ je broer jou wel eens over jouw hoogopgelei_ vrienden?

1. bevraagt, hoogopgeleide
2. bevraagt, hoogopgeleidde
3. bevraagd, hoogopgeleide
4. bevraagd, hoogopgeleidde

De media kamp_ met een schuldgevoel als zij een een schuldige aanwij_.

1. kampt, aanwijst
2. kampen, aanwijzen
3. kampt, aanwijzen
4. kampen, aanwijst

Het gebeur_ vroeger echt nooit, dat vader iets goeds beloof_

1. gebeurt, belooft
2. gebeurde, beloofde
3. gebeurd, belooft
4. gebeurde, beloofte

De vliegtuigen start_ niet op gisteren, omdat het ernstig mis_

1. startte, miste
2. startte, mistte
3. starten, misten
4. startten, mistte

Gisteravond sto_ hij zijn hoofd tegen de schuurdeur. Zijn bebloe_ ogen waren geen pretje om naar te kijken.

1. stote, bebloedden
2. stootte, bebloedde
3. stoote, bebloede
4. stootte, bebloede