1M1 - 18 jan

• Geschiedenis
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

1M1 - Maandag 18 januari

Nodig:

- Etui

- Informatieboek blz. 34

- Werkboek blz. 46

Deze les:

• Oefenvragen
• Uitleg paragraaf 3.2
• Aan de slag
• Afsluiting
  

1M1 - Maandag 4 januari

Oefenvragen

Wat is de beste omschrijving
van het begrip ‘geestelijken’?
Kies het juiste antwoord.

1. mensen die in God geloven
2. mensen die iedere week naar de kerk gaan
3. mensen die in dienst zijn van de kerk
4. mensen die voor andere mensen bidden

Mannelijke bewoners van kloosters

Het hoofd van de katholieke kerk

Leider van de kerk in een groot gebied

Iedereen met een functie binnen de kerk

Vrouwelijke bewoners van een klooster

De paus

Bisschoppen

Geestelijken

monniken

Nonnen

Geestelijken hadden veel invloed het bestuur en op het dagelijkse leven van mensen. Hoe komt het dat zij zo veel macht hadden?

De hulp van God

Het leven van de mensen in de vroege Middeleeuwen was zwaar.

Veel van de dingen om hen heen begrepen ze niet. Bij ziektes, natuurrampen of hongersnoden vroegen ze God om hulp.

De mensen van de kerk, de geestelijken, hielpen hen hierbij.
Hiervoor moesten de boeren wél belasting betalen...

Invloedrijke geestelijken 

• De meeste mensen konden niet lezen en schrijven, geestelijken wel.
• Geestelijken vertelden hoe je goed moest leven om in de hemel te komen. 
• Mensen moesten belasting aan de kerk betalen.
•  Anderen gaven geld aan de kerk omdat ze hoopten dat ze dan meer kans hadden om in de hemel te komen.

Invloedrijke geestelijken 

Belangrijke geestelijken hielpen vaak met het bestuur van een land. 

• Zij konden lezen en schrijven. 
• Zij kenden andere belangrijke geestelijken.
• Zij kwamen uit belangrijke families.
• Zij hadden veel geld (belasting, gekregen of domeinen)

Tussen 1309 en 1377 woonden de pausen niet in Rome, maar in de Franse stad Avignon. Dit was in die tijd hun paleis, het Palais des Papes.

Huiswerk

Paragraaf 3.2

Opdracht 1a, 2ab, 4 en 5

Donderdag 21 januari - 1e uur

- Informatieboek blz. 34 en 35

- Werkboek blz. 46 en 47