Paragraaf 3 - Ongelijkheid in arme en rijke landen

H4 - paragraaf 3
Ongelijkheid in arme en rijke landen
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

H4 - paragraaf 3
Ongelijkheid in arme en rijke landen

Slide 1 - Diapositive

scharreleconomie
Informele sector

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je:
- Sociale en regionale ongelijkheid uitleggen
- Formele en informele ongelijkheid uitleggen
- Aan de hand van gegevens over de beroepsbevolking uitleggen of een land arm of rijk is

Slide 3 - Diapositive

Leerdoelen
Je kunt het verschil tussen formele en informele sector uitleggen.
Je kunt het verschil tussen sociale en regionale ongelijkheid uitleggen.
Je kunt met de gegevens over de beroepsbevolking bepalen of een land arm of rijk is.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Hoort bij welvaart of bij welzijn
gezondheidszorg
de rijkdom van een land
bbp/hoofd
armoedegrens
levensverwachting
onderwijs - alfabetiseringsgraad (hoeveel mensen kunnen lezen)
koopkracht

Slide 8 - Diapositive

Informele sector

-Geen officiele baan.
-Betaald geen belasting.
-Inkomsten anders elke dag.
-Geen inkomsten als je ziek bent


Slide 9 - Diapositive

Formele sector.
-Vaste baan.
-Betalen belasting
-Verdienen elke maand een vast inkomen

Slide 10 - Diapositive

2. Industrie: Werk in fabrieken. Vooral in China en andere opkomende landen is veel industrie.

Slide 11 - Diapositive

3. Diensten
Dienstverlening, mensen die werken op kantoren, in winkels, openbaar vervoer, ziekenhuizen, scholen, horeca, etc.
In rijke landen werken de meeste mensen in de dienstensector.

Slide 12 - Diapositive

Dienstensector
  • Informele sector 
  • formele sector
Straatverkopers( mensen die op straat handel verkopen denk aan brillen schoenen of wanneer je zelf op vakantie gaat en verkopers je aanspreken op straat)
hier worden producten en diensten wel bijgehouden. Dus je krijgt een bon de belasting weet hiervan af

Slide 13 - Diapositive

Informele sector is groot!
Informele sector
Werk dat is niet geregistreerd (zwart). Vaak ongeschoold, wordt geen belasting betaald. 

Slide 14 - Diapositive

Gevolgen wereldsysteem
Er ontstaan grote
verschillen tussen
landen en gebieden:

- Regionale ongelijkheid;
- Sociale ongelijkheid;

Slide 15 - Diapositive

Regionale ongelijkheid
Westen
Oosten
Werd rijker
Bleef achter

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Regionale
 ongelijkheid

Westen - Oosten

Slide 20 - Diapositive




Welk verband is er tussen de verdeling van de beroepsbevolking en de welvaart in een land?

Slide 21 - Diapositive

Mevrouw Thijssen werkt in de ....
A
Formele sector
B
Informele sector

Slide 22 - Quiz

Een schoenenpoetser werkt in de...
A
Formele sector
B
Informele sector

Slide 23 - Quiz

Wat zie je op de foto?
A
sociale ongelijkheid
B
regionale ongelijkheid

Slide 24 - Quiz

Wat past goed bij
de bewoners
op de voorgrond?
A
leven boven armoedegrens
B
werken in de informele sector
C
hun koopkracht is groot
D
ze hebben een vaste baan

Slide 25 - Quiz

Huiswerk
KT 4.3
 leerboek blz. 
Maken werkboek blz.
Opdracht 1-4


timer
20:00

Slide 26 - Diapositive

Huiswerk
BK 4.3
 leerboek blz. 72-73
Maken werkboek blz.90-91
Opdracht 1, 3, 4



timer
10:00

Slide 27 - Diapositive

Evaluatie
Ik snap niet waar het over gaat (vuist)
Ik heb meer uitleg nodig (1 vinger)
Ik heb een aantal vragen (2 vingers)
Ik twijfel nog één beetje hoe het werkt (3 vingers)
Ik weet het, ik wil er graag mee aan de slag (4 vingers)
ík kan het iedereen uitleggen (5 vingers)

Slide 28 - Diapositive