brandwonden

• Ehbo
• MBO
• Studiejaar 3

brandwonden

1. Brandwonden ontstaan niet door:

1. heet water
2. elektriciteit
3. stoom fluitketel
4. ontstaat juist wel door alle andere antwoorden

2. Hoe geven we de diepte van een brandwond aan?

1. Met de regel van 9.
2. Door het ontstaan (stroom, elektriciteit, e.d.)
3. Door de vijf punten per cm verbrand huid
4. Met 1e, 2e en 3e graads

3. Vanaf hoeveel procent verbrande huid kan bij een volwassene shock ontstaan?

1. 1%
2. 20 %
3. 5%
4. 30%

4. Tweede graads verbranding:

1. heeft blaren gevuld met helder vocht.
2. is rood, doet pijn en is opgezet
3. is spierwit, gevoelloos en blaren
4. is wit of zwart en gevoelloos.

5.Als eerstehulpverlener (EHBO'er) gaan we met kleine tweede en derde graads verbranding naar de huisarts.

1. ja
2. nee

6. Waarvoor gebruiken we de regel van 9?

1. Om de diepte te bepalen
2. Vertel welke 9 stappen de hulpverlener moet doen naar de hulpvrager.
3. Om de oppervlakte te bepalen.
4. Zijn de 9 stappen afstand bij chemische wonden

7. Wat is de belangrijkste handeling bij brandwonden?

1. Dat alles wat je gebruikt steriel is.
2. Dat de brandwond gekoeld wordt
3. Meteen 1-1-2 bellen bij 2e en 3e graads brandwonden.
4. kleren aanhouden bij chemische wonden

8. Je ziet een grote brandwond over de hele schouders; rode, licht gezwollen huid en het slachtoffer heeft pijn.

1. 1 e graads
2. 2e graads
3. 3 e graads
4. geen graads

9. Hoe koelen we een brandwond?

1. Niet
2. Koud kraanwater op de wond. 10 minuten.
3. Lauw water stromend over de wond. 10 minuten
4. koel gel op de brand wond

10. Welke stelling is niet juist:

1. Koelen heeft nut tot 1 uur na verbranding.
2. Het slachtoffer kan bij een groot oppervlak in shock raken
3. Koelen kan ook door het slachtoffer in een koud bad te leggen.
4. Als er geen schoon water is mag je zelfs met slootwater koelen.