Hoofdstuk 5 Lezen les 1

Aan het einde van deze lessen kun je:
  1. signaalwoorden in teksten herkennen
  2. toelichtende, redengevende en voorwaardelijke verbanden in een tekst herkennen









    



1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Aan het einde van deze lessen kun je:
  1. signaalwoorden in teksten herkennen
  2. toelichtende, redengevende en voorwaardelijke verbanden in een tekst herkennen









    



Slide 1 - Diapositive

Opdracht: Zet achter de dikgedrukte signaalwoorden bij welk verband ze horen.
Facebook
Een Amerikaanse vrouw is al twee jaar 99 jaar oud op Facebook. Eigenlijk is ze 104, maar
___________________ die leeftijd is onmogelijk in te voeren op de sociale netwerksite. Volgens Fox News is de 104 jarige Marguerite Joseph uit Michigan een enthousiaste gebruikster van desite. Hoewel ___________________de vrouw blind is en___________________ slechthorend, blijft ze op de hoogte van de ontwikkelingen in haar omgeving doordat haar kleindochter Gail de berichten voorleest. De vrouw was 102 jaar oud toen ________________ ze een profiel aanmaakte op Facebook. Het invoeren van de juiste geboortedatum gaat alleen niet. Wanneer ___________________ ze 1908
proberen in te voeren, verandert Facebook dat naar 1928. Daarom
___________________
hebben ze het maar op de oudst mogelijke leeftijd gehouden. De kleindochter denkt dat het een foutje is in de systemen van de site.





Slide 2 - Diapositive

Opdracht: Zet achter de dikgedrukte signaalwoorden bij welk verband ze horen.
Een Amerikaanse vrouw is al twee jaar 99 jaar oud op Facebook. Eigenlijk is ze 104, maar tegenstellend die
leeftijd is onmogelijk in te voeren op de sociale netwerksite. Volgens Fox News is de 104-jarige Marguerite Joseph uit Michigan een enthousiaste gebruikster van de site.
Hoewel
tegenstellend de vrouw blind is en opsommend slechthorend, blijft ze op de hoogte van de ontwikkelingen in haar omgeving doordat haar kleindochter Gail de
berichten voorleest. De vrouw was 102 jaar oud
toen
chronologisch ze een profiel aanmaakte op Facebook.
Het invoeren van de juiste geboortedatum gaat alleen niet. Wanneer
chronologisch  ze 1908 proberen in te voeren, verandert Facebook dat naar 1928. Daarom redengevend hebben ze het maar op de oudst mogelijke leeftijd gehouden. De kleindochter denkt dat het een foutje is in de systemen van de site.









Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Oefenen-maken

Opdracht 1 nakijken & verbeteren

Opdracht 2 maken, nakijken en verbeteren

Slide 26 - Diapositive

Opdracht bij Lezen hoofdstuk 5: Tekstverbanden en signaalwoorden

1) Zoek een tekst in je boek van M&M of M&N (minimaal 2 alinea's)

2) Kopieer de tekst

3) Plak de tekst in je schrift4) Markeer of onderstreep de signaalwoorden

5) Schrijf in de kantlijn om welk tekstverband het gaat

6) Schrijf er nummers bij

7) Leg op de achterkant uit om welke tegenstelling het bijvoorbeeld gaat.

Zie verder het voorbeeld op de studiewijzer.

Signaalwoordenkwartet spelen

Slide 27 - Diapositive

Als ik vanavond te laat thuis kom, mag ik in het weekend niet weg.
A
Chronologisch verband
B
Opsommend verband
C
Tegenstellend verband
D
Voorwaardelijk verband

Slide 28 - Quiz

Jan wil graag gaan zwemmen. Het is immers schitterend weer.
A
Voorwaardelijk verband
B
Opsommend verband
C
Redengevend verband
D
Chronologisch verband

Slide 29 - Quiz

Er is veel te zien in dat museum. Neem nou die werktuigen waar ze vroeger het land mee bewerkten.
A
Toelichtend verband
B
Chronologisch verband
C
Redengevend verband
D
Voorwaardelijk verband

Slide 30 - Quiz