Argumentatie - H4 - 05

Argumentatie
Redeneringen (2
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Argumentatie
Redeneringen (2

Slide 1 - Diapositive

Argumentatie Hoofdstuk 2
Paragraaf 1: Redeneringen
Opdr. 3 t/m 5 
en verder...

Slide 2 - Diapositive

Redeneringen
- op basis van oorzaak en gevolg
- op basis van een overeenkomst
- op basis van voorbeelden
- op basis van voor- en nadelen
- op basis van een kenmerk of eigenschap

Slide 3 - Diapositive

Opdracht 1 - 1
standpunt: De kinderen zullen in een huishouden zitten waar elke dag geruzied wordt.
argumentatie: Voordat mijn ouders gescheiden waren, was het niet fijn thuis. Elke dag geschreeuw en gescheld, inslapen terwijl er beneden geruzied wordt. De sfeer was altijd gespannen, altijd was er de angst voor meer ruzie. Ik huilde veel.

Slide 4 - Diapositive

Redenatie op basis van...
A
een eigenschap
B
een overeenkomst
C
een voorbeeld
D
oorzaak en gevolg

Slide 5 - Quiz

Opdracht 1 - 2
standpunt: (Meer) kinderen zullen in een huishouden zitten waar elke dag geruzied wordt.
argumentatie: Het duurder maken van scheiden zal betekenen dat minder ouders gaan scheiden.

Slide 6 - Diapositive

Redenatie op basis van...
A
een eigenschap
B
een overeenkomst
C
een voorbeeld
D
oorzaak en gevolg

Slide 7 - Quiz

Opdracht 2
standpunt: Er moeten meer tv-registraties van rechtszaken komen.
argumentatie: Rechtspraak moet zich in het openbaar afspelen. In een mediasamenleving betekent openbaarheid niet alleen vrije toegang tot de rechtszaal, maar ook zichtbaarheid in de media.

Slide 8 - Diapositive

Redenatie op basis van...
A
een kenmerk
B
een overeenkomst
C
een voorbeeld
D
oorzaak en gevolg

Slide 9 - Quiz

Opdracht 3
standpunt: In sommige gevallen is het beter om een zwangerschap te voorkomen.
argumentatie: In mijn praktijk ben ik het volgende geval tegengekomen: een moeder die verslaafd is aan de cocaïne en die twee jongetjes heeft. [...] Zij zijn nu bij een pleeggezin ondergebracht en nu is er een derde op komst. De pleegmoeder kan het derde kind niet meer verzorgen, omdat zij haar handen al vol heeft aan die twee jongens.


Slide 10 - Diapositive

Redenatie op basis van...
A
een eigenschap
B
een nadeel
C
een vergelijking
D
een voorbeeld

Slide 11 - Quiz

Opdracht 4
standpunt: Het zonder meer uitzenden van processen is niet toereikend.
argumentatie: Ten eerste is het moeilijk om de privacy te garanderen als zittingen integraal worden uitgezonden en verdachten en slachtoffers duidelijk in beeld komen. Ook is het moeilijk een rechtszaak te volgen zonder kennis van zaken en context. Verkeerd geïnterpreteerde informatie is mogelijk nog schadelijker dan te weinig informatie. Een camera registreert, maar geeft geen commentaar of uitleg.

Slide 12 - Diapositive

Redenatie op basis van...
A
gevolgen
B
kenmerken
C
nadelen
D
voorbeelden

Slide 13 - Quiz

Opdracht 5 - 1
standpunt: In het kader van de strijd tegen de vrouwenhandel zou de overheid het bezoek aan een prostituee strafbaar moeten stellen.
argumentatie: In Zweden werd het aantal slachtoffers van gedwongen prostitutie lager nadat daar de bezoekers van prostituees strafbaar werden.

Slide 14 - Diapositive

Redenatie op basis van...
A
een kenmerk
B
een vergelijking
C
oorzaak en gevolg
D
voor- en nadelen

Slide 15 - Quiz

Opdracht 5 - 2
standpunt: In het kader van de strijd tegen de vrouwenhandel zou de overheid het bezoek aan een prostituee strafbaar moeten stellen.
argumentatie: Als bezoekers van prostituees strafbaar worden, zal het aantal slachtoffers van gedwongen prostitutie lager worden.

Slide 16 - Diapositive

Redenatie op basis van...
A
een kenmerk
B
een vergelijking
C
oorzaak en gevolg
D
voor- en nadelen

Slide 17 - Quiz

Het standbeeld van Marilyn Monroe mag niet voor het museum staan. Je ziet haar kont, maar als je weet wat kinderen tegenwoordig allemaal op tv zien, moet dit ook wel kunnen.
Redenatie op basis van....
A
voor- en nadelen
B
voorbeelden
C
oorzaak en gevolg
D
vergelijking

Slide 18 - Quiz

Objectief = feitelijk, controleerbaar
Subjectief = niet-feitelijk

Argumentatie op basis van:
- feiten;
- onderzoek of wetenschap;
- normen en waarden;
- vermoedens;
- geloof of overtuiging (levensbeschouwing);
- gezag of autoriteit;
- nut.

Slide 19 - Diapositive

Wat voor argumentatie hoort bij deze redenering: 'Natuurlijk mag je het woord epibreren neerleggen bij Scrabble. Het staat immers in Van Dale.' Argumentatie op basis van....
A
gezag of autoriteit
B
voor- en nadelen
C
voorbeeld
D
vergelijking

Slide 20 - Quiz

Het standbeeld van Marilyn Monroe mag niet voor het museum staan. Je ziet haar kont en dat hoort gewoon niet.

Argumentatie op basis van....
A
feiten
B
levensbeschouwelijke overtuiging
C
normen en waarden
D
nut

Slide 21 - Quiz

Samsung moet meer software-updates leveren. Nu krijg je bij de aanschaf van een nieuwe telefoon maximaal drie jaar nieuwe updates. Dat leidt in veel gevallen tot onveilige situaties op je smartphone.
A
objectief argument
B
subjectief argument

Slide 22 - Quiz

Ik vind dat je hard moet leren. Harde werkers zijn gewoon betere studenten.
A
objectief argument
B
subjectief argument

Slide 23 - Quiz

We moeten de maximumsnelheid op de snelwegen verhogen naar 130 km/uur.
A
positief
B
negatief
C
twijfel

Slide 24 - Quiz

Misschien is het niet zo verstandig om deze zomer naar het buitenland te reizen.
A
positief
B
negatief
C
twijfel

Slide 25 - Quiz