Ondernemen in de dierenbranche

• Bedrijfseconomie
• MBO
• Studiejaar 2

Ondernemen in de dierenbranche

Leerdoel

Aan het einde van deze les kun je uitleggen wat MBO-studenten leren over ondernemerschap in de dierenbranche.

Wat weet jij al over ondernemen in de dierenbranche?

Wat is MBO?

MBO betekent middelbaar beroepsonderwijs. Het is een opleiding die je volgt na de middelbare school en die je voorbereidt op een beroep.

Vraag de studenten of zij weten wat MBO betekent en of zij zelf een MBO-opleiding willen volgen.

Ondernemen in de dierenbranche

MBO-studenten maken kennis met ondernemerschap in de dierenbranche. Dit betekent dat zij leren hoe zij een eigen bedrijf in de dierenbranche kunnen starten.

Vraag de studenten of zij weten wat ondernemerschap betekent en of zij zelf een eigen bedrijf willen starten.

Waarom is ondernemerschap belangrijk?

Ondernemerschap is belangrijk omdat het zorgt voor economische groei en werkgelegenheid. Ook zorgt het voor vernieuwing en innovatie.

Vraag de studenten waarom zij denken dat ondernemerschap belangrijk is en of zij zelf een ondernemer kennen.

Verschillende soorten bedrijven

Er zijn verschillende soorten bedrijven in de dierenbranche, zoals een dierenwinkel, een dierenpension en een dierenartspraktijk. MBO-studenten leren welk soort bedrijf het beste bij hun past.

Vraag de studenten welke soorten bedrijven zij kennen in de dierenbranche en welk soort bedrijf zij zelf zouden willen starten.

Marktonderzoek

Voordat je een bedrijf start, is het belangrijk om onderzoek te doen naar de markt. MBO-studenten leren hoe zij een marktonderzoek kunnen uitvoeren.

Vraag de studenten of zij weten wat een marktonderzoek is en waarom het belangrijk is om dit te doen.

Ondernemingsplan

Als je een bedrijf wilt starten, moet je een ondernemingsplan schrijven. MBO-studenten leren hoe zij een goed ondernemingsplan kunnen schrijven.

Laat de studenten een voorbeeld zien van een ondernemingsplan en vraag wat zij hiervan vinden.

Financiën

Bij het starten van een bedrijf komt ook veel kijken op financieel gebied. MBO-studenten leren hoe zij een financieel plan kunnen maken en hoe zij geld kunnen lenen bij de bank.

Vraag de studenten of zij weten wat een financieel plan is en hoe je geld kunt lenen bij de bank.

Marketing

Om klanten te krijgen voor je bedrijf, is marketing belangrijk. MBO-studenten leren hoe zij hun bedrijf kunnen promoten en hoe zij een goede website kunnen maken.

Vraag de studenten wat zij denken dat marketing inhoudt en welke manieren er zijn om een bedrijf te promoten.

Wet- en regelgeving

Bij het starten van een bedrijf is het belangrijk om op de hoogte te zijn van de wet- en regelgeving. MBO-studenten leren welke regels er zijn voor bedrijven in de dierenbranche.

Laat de studenten voorbeelden geven van wet- en regelgeving waar bedrijven in de dierenbranche zich aan moeten houden.

Praktijkervaring

MBO-studenten leren niet alleen op school over ondernemerschap in de dierenbranche, maar doen ook praktijkervaring op bij een stagebedrijf.

Vraag de studenten of zij zelf al stage hebben gelopen en wat zij hiervan hebben geleerd.

Eindopdracht

Als afsluiting van de opleiding schrijven MBO-studenten een ondernemingsplan voor hun eigen bedrijf in de dierenbranche.

Vraag de studenten wat zij van deze eindopdracht vinden en of zij zelf al een idee hebben voor een eigen bedrijf in de dierenbranche.

Samenvatting

In deze les hebben we geleerd wat MBO-studenten leren over ondernemerschap in de dierenbranche. We hebben het gehad over verschillende soorten bedrijven, marktonderzoek, het schrijven van een ondernemingsplan, financiën, marketing, wet- en regelgeving en praktijkervaring.

Herhaal de belangrijkste punten uit de les en vraag de studenten of zij nog vragen hebben.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.