Voorschrift arts: 25 mg Pethidine Voorraad: 25 mg / 1 ml Hoeveel ml dien jij toe?
A
1 ml
B
2 ml
C
0.5 ml
D
1.5 ml
Slide 13 - Quiz
Voorschrift arts: 25 mg Pethidine
Voorraad: 25 mg / 1 ml
Hoeveel ml dien jij toe?
Antwoord:
25 mg / 25 mg x 1 ml =
1 ml toedienen
Slide 14 - Diapositive
Voorschrift arts: 10 mg Pethidine Voorraad: 50 mg / 1 ml Hoeveel ml dien jij toe?
A
0,1 ml
B
0,2 ml
C
0.5 ml
D
1.5 ml
Slide 15 - Quiz
Voorschrift arts: 10 mg Pethidine
Voorraad: 50 mg / 1 ml
Hoeveel ml dien jij toe?
Antwoord:
10 mg / 50 mg x 1 ml =
0,2 ml toedienen
Slide 16 - Diapositive
Voorschrift arts: 25 mg Pethidine Voorraad: 50 mg / 1 ml Hoeveel ml dien jij toe?
A
1 ml
B
2 ml
C
0.5 ml
D
1.5 ml
Slide 17 - Quiz
Medisch rekenen wil ik graag leren.
😒🙁😐🙂😃
Slide 18 - Sondage
Het lijkt mij mooi om met medisch rekenen aan de slag te gaan
Positief
neutraal
negatief
Slide 19 - Sondage
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Vidéo
Slide 22 - Diapositive
Je beschikt over een cilinder van 20 L de manometer geeft 170 Bar aan. Hoeveel zuurstof zit er in de cilinder?
A
20 L
B
340 L
C
170 L
D
3400 L
Slide 23 - Quiz
Je hebt 1260 L zuurstof in de cilinder. Een zorgvrager gebruikt 1,5 L / min. Na hoeveel uur moet je de cilinder vervangen?
A
14 uur
B
840 uur
C
31 uur
D
36 uur
Slide 24 - Quiz
Er zit nog 2150 L zuurstof in een cilinder van 50 L. Wat is de stand van de manometer?
A
40 Bar
B
42 Bar
C
41 Bar
D
43 Bar
Slide 25 - Quiz
Oplossen en verdunnen
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Vidéo
Opdracht digibib
Digibib
extra tools
Leermodule 15 Verpleegkundig rekenen deel 2, 'vloeibare medicatie'
Slide 28 - Diapositive
Let op: onthoud:
2% = 2 gram per 100 ml
Hoeveel mg per ml?
2% x 10 = 20 mg/ml
Slide 29 - Diapositive
Je moet 10 mg Morfine s.c geven. De concentratie morfine is 2%. Hoeveel ml moet je toedienen?
Slide 30 - Question ouverte
Oplossen en injecteren
Slide 31 - Diapositive
Slide 32 - Vidéo
Geven: 75 mg Morfine Voorraad: 50 mg / ml Hoeveel ml ga je toedienen?
A
1 ml
B
1.5 ml
C
2 ml
D
2.5 ml
Slide 33 - Quiz
Geven: 75 mg Morfine
Voorraad: 50 mg / ml
Hoeveel ml ga je toedienen?
75 mg / 50 mg x 1 ml =
1.5 ml toedienen
Slide 34 - Diapositive
Druppel snelheid berekenen
Slide 35 - Diapositive
Slide 36 - Vidéo
Geven: 1 druppel vitamine K Voorraad: 1 ml / 10 mg / 20 druppels Hoeveel mg geef je?
A
10 mg
B
20 mg
C
1 mg
D
0.5 mg
Slide 37 - Quiz
Geven: 1 druppel vitamine K
Voorraad: 1 ml / 10 mg / 20 druppels
Hoeveel mg geef je?
1 dr. / 20 dr. x 10 mg =
0.5 mg toedienen
Slide 38 - Diapositive
Geven: 10 druppels Haldol Voorraad: 50 mg / ml / 20 druppels Hoeveel ml ga je toedienen?
A
0.2 ml
B
0.3 ml
C
0.4 ml
D
0.5 ml
Slide 39 - Quiz
Geven: 10 druppels Haldol
Voorraad: 50 mg / ml / 20 druppels
Hoeveel ml ga je toedienen?
10 dr. / 20 dr. x 1 ml =
0.5 ml
Slide 40 - Diapositive
Internationale eenheden IE
Slide 41 - Diapositive
Slide 42 - Vidéo
Slide 43 - Vidéo
Geven: 35 IE insuline Voorraad: 100 IE / ml Hoeveel ml ga je toedienen?
A
0.3 ml
B
0.35 ml
C
0.4 ml
D
0.45 ml
Slide 44 - Quiz
Geven: 35 IE insuline
Voorraad: 100 IE / ml
Hoeveel ml ga je toedienen?
35 IE / 100 IE x 1 ml =
0.35 ml toedienen
Slide 45 - Diapositive
Geven: 5 IE insuline Voorraad: 100 IE / ml Hoeveel ml ga je toedienen?
A
0.05 ml
B
0.5 ml
C
5 ml
D
50 ml
Slide 46 - Quiz
Geven: 5 IE insuline
Voorraad: 100 IE / ml
Hoeveel ml ga je toedienen?
5 IE / 100 IE x 1 ml =
0.05 ml toedienen
Slide 47 - Diapositive
Geven: 375 mg Clamoxyl Voorraad: 1 gram / 10 ml Hoeveel ml ga je toedienen?
A
1,75 ml
B
2,75 ml
C
3,75 ml
D
4, 75 ml
Slide 48 - Quiz
Geven: 375 mg Clamoxyl
Voorraad: 1 gram / 10 ml
Hoeveel ml ga je toedienen?
375 mg / 1000 mg x 10 ml =
3.75 ml toedienen
Slide 49 - Diapositive
Sanne is koortsig. De arts schrijft een vloeibare pijnstiller voor. Deze bevat 150 mg per doseerlepel van 5 ml. Je moet 4x daags anderhalve doseerlepel geven. Hoeveel mg paracetamol geef je per dag?
Slide 50 - Question ouverte
De heer Hout heeft ernstige pijn en dit duurt al maanden. De arts schrijft daarom pethidine voor. Je beschikt over pethidine 25 mg/ml. Je moet dhr Hout 2,5 ml geven. Hoeveel mg dien je toe?
Slide 51 - Question ouverte
Lesdoelen
Ik bereken hoeveel zuurstof erin een fles zit
Ik laat zien hoeveel minuten een zorgvrager met een zuurstoffles kan doen
Ik toon aan dat ik kan rekenen met oplossingen en verdunningen
Je berekent een oplossing die gebruikt dan worden voor injectie
Je rekent met druppelsnelheden
Je past internationale eenheden toe bij het injecteren van medicatie