Woordenschat H 1,2,3

Wat is een synoniem?
A
woord met een andere betekenis
B
woord met ongeveer dezelfde betekenis
C
zin waarin het woord uitgelegd wordt
1 / 13
suivant
Slide 1: Quiz
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Wat is een synoniem?
A
woord met een andere betekenis
B
woord met ongeveer dezelfde betekenis
C
zin waarin het woord uitgelegd wordt

Slide 1 - Quiz

Wat zijn synoniemen van elkaar?
Er zijn meerdere antwoorden mogelijk!
A
rennen- hollen
B
moeilijk- ingewikkeld
C
leuk-vervelend
D
knap-lelijk

Slide 2 - Quiz

Wat betekent kolossale
A
kilo
B
enorme
C
veel

Slide 3 - Quiz

Wat betekent experiment
A
proberen
B
proef

Slide 4 - Quiz

Wat betekent effect
A
gevolg
B
door

Slide 5 - Quiz

Wat betekent placebo
A
baby
B
nepmedicijn
C
probeersel

Slide 6 - Quiz

Wat betekent passief blijven
A
niets doen
B
actief zijn

Slide 7 - Quiz

Maak af:
Hoe je het ook wendt of
A
keert
B
draait

Slide 8 - Quiz

Maak af:
gezond en
A
fit
B
wel

Slide 9 - Quiz

Wat betekent:
kommer en kwel
A
het gaat goed
B
het gaat niet goed

Slide 10 - Quiz

Wat betekent:
conflict
A
contact
B
ruzie

Slide 11 - Quiz

Wat betekent:
Kameraadschappelijk
A
vriendschappelijk
B
vijandelijk

Slide 12 - Quiz

Wat betekent:
Huidige

A
Nu
B
vorige

Slide 13 - Quiz