6.1: chemisch evenwicht

• Scheikunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

6.1: Chemisch evenwicht

Chemisch evenwicht

Leerdoel:

• Je kunt de begrippen aflopende reactie, omkeerbare reactie en evenwicht gebruiken om chemische processen te beschrijven.

Aflopende reactie

Reactie die maar 1 kant op kan. De reactieproducten reageren niet meer met elkaar.

Omkeerbare reactie

Omkeerbare reacties: fotosynthese 

Chemisch evenwicht

• Reacties kunnen omkeerbaar zijn
• Beginstoffen -> reactieproducten
• Reactieproducten -> beginstoffen
• Als deze reacties tegelijkertijd met dezelfde snelheid verlopen (s1=s2), ontstaat er een chemisch evenwicht (ook wel dynamisch evenwicht of evenwichtsreactie)

Noteer

Aan de slag:

Lees goed paragraaf 6.1 tot verdelingsevenwicht

m voorkennis 1 t/m 5 ( let op bij opgave 5: je moet de concentraties van de ionen uitrekenen!)  + van paragraaf 6.1: opgave 1 t/m 4 (zijn korte opgaven!)

verdelingsevenwicht

Bijvoorbeeld:

Rekenen aan evenwichten

- BOE schema

	Stof A	Stof B	Stof C
(B)egin
(O)mgezet
(E)venwicht

BOE-schema:

Een mengsel van CO, O₂ en CO₂ wordt in een afgesloten reactievat gebracht. 

2 CO + O₂ <--> 2CO₂

Stof	2 CO	O 2	2 CO 2
Begin	2,50 mol	3,00 mol	?
Omzetting	?	?	?
Evenwicht	0,50 mol	?	?

BOE-schema:

Een mengsel van CO, O₂ en CO₂ wordt in een afgesloten reactievat van 1,0 liter gebracht. 

2 CO + O₂ --> CO₂

Stof	2 CO	O 2	2 CO 2
Begin	2,50 mol	3,00 mol	0,00 mol
Omzetting	-2,00 mol	-1,00 mol	+2,00 mol
Evenwicht	0,50 mol	2,00 mol	2,00 mol

Voorbeeld 2/ oefening

Je begint met 2 mol N₂ en 4 mol H₂. Bij evenwicht is

1 mol NH3 ontstaan. De reactie vindt plaats in een afgesloten vat van 10 liter.Bereken de concentratie van alle

aanwezige stoffen bij evenwicht

Start: Reactievergelijking en BOE-tabel!

Opgave 7 

Probeer deze eens te maken in groepjes van 2.

Kijk voordat je deze gaat maken eerst goed naar voorbeeldopdracht 2 blz 135! 

Opgave 7b: antwoord

reactievergelijking	PCl 3	+	Cl 2	-->	PCl 5
B(egin)	30		50		0
O(mzetting)			0,2*50=-10
E(ind)

Opgave 7b: antwoord

reactievergelijking	PCl 3	+	Cl 2	-->	PCl 5
B(egin)	30		50		0
O(mzetting)			0,2*50=-10
E(ind)			40

Opgave 7b: antwoord

reactievergelijking	PCl 3	+	Cl 2	-->	PCl 5
B(egin)	30		50		0
O(mzetting)	-10		0,2*50=-10		+10
E(ind)	20		40		10

Antwoord 7b (Er wordt gevraagd om concentraties!)

[PCl₃] = 20/100 = 0,20 mol/l

[Cl₂] = 40/100 = 0,40 mol/l

[PCl₅] = 10/100 = 0,10 mol/l

Aan de slag

maak 7 (is al gemaakt), 5, 6, 8 t/m 10 van paragraaf 9.1

Opgave 9 is een examenopgave. 

Dit is het niveau van de schoolexamens ;-)