Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
KLEUR
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Wat gaan we doen?
In deze lesson up is er uitleg over de volgende onderdelen:
De kleurencirkel van Itten
Verschillende kleurcontrasten en de effecten daarvan
Een uitleg filmpje over kleur en kleurcontrast
Een korte quiz om te zien of je het gesnapt hebt
Maar eerst, wat is compositie eigenlijk?
Slide 3 - Diapositive
Oké, de kleurencirkel dus...
Eens kijken of je wat hebt opgestoken uit het vorige filmpje.
Sleep zo meteen de kleur naar het juiste vak.
Slide 4 - Diapositive
Primair
Secundair
Tertiair
Slide 5 - Question de remorquage
Slide 6 - Diapositive
verzadigd en onverzadigd
Er zijn verzadigde en onverzadigde kleuren.
Je spreekt over verzadigde kleuren wanneer het gaat over kleuren waar géén zwart, wit of grijs aan is toegevoegd. Dit zijn de meest zuivere kleuren. Primaire kleuren zijn verzadigd.
Aan onverzadigde kleuren is wel zwart, wit of grijs toegevoegd.
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Vidéo
Kleurcontrasten
Kleuren kunnen elkaar dus versterken of aanvullen. Die combinaties van kleuren noem je een kleurcontrast. In het vorige filmpje kreeg je hier uitleg over.
Ze behandelde het Warm-koud contrast, Licht-donker contrast, Complementair contrast en Kleur-tegen-kleur contrast.
Daar horen nog 2 contrasten bij....
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Wat doen al die kleuren met je?
Kleuren hebben effect op mensen. Ruimtes in een ziekenhuis worden vaak groen gemaakt omdat groen rustgevend werkt. Van rood krijg je energie en roze is een "lieve" kleur.
Bij het kiezen van de kleuren voor een kunstwerk kun je hier gebruik van maken, maar je kunt er ook juist tegenin gaan en juist voor een vervreemdend effect kiezen, bijvoorbeeld de lucht niet blauw, maar rood maken.
Slide 13 - Diapositive
Doordat de haren van alle figuren oranje zijn, en de ogen en lippen ook, krijgen de gezichten een andere uitstraling dan wanneer de kunstenaar zou kiezen voor realistische kleuren
Slide 14 - Diapositive
Hier heeft de kunstenaar gekozen voor een grauwe kamer met felgroene katten er in. De mensen hebben wel een realistische kleur. Hierdoor ontstaat er een heel vreemd effect.
Slide 15 - Diapositive
Door de kleur van de bomen, knalgeel, springen deze uit de foto. Zo kun je dus nadruk geven aan een onderdeel.
Slide 16 - Diapositive
Is het wel duidelijk?
Dat gaan we eens even bekijken...
Slide 17 - Diapositive
Welk kleurcontrast zie je hier?
A
Complementair contrast
B
Licht donker contrast
C
Warm koud contrast
D
Kwaliteitscontrast
Slide 18 - Quiz
Warm Koud
Je ziet dat er rode en roze kleuren wordn gebruikt (warm) naast blauwe en licht blauwe kleuren (koud)
Slide 19 - Diapositive
Welk kleurcontrast zie je hier?
A
Kwaliteitscontrast
B
Kwantiteitscontrast
C
Complementair contrast
D
Licht donker contrast
Slide 20 - Quiz
Complementair
Rood en groen staan tegenover elkaar in de kleurencirkel, dus een complementair contrast
Slide 21 - Diapositive
Welk kleurcontrast zie je hier?
A
Kleur-tegen-kleur contrast
B
Complementair contrast
C
Kwaliteitscontrast
D
Kwantiteitscontrast
Slide 22 - Quiz
Kwaliteitscontrast
Je ziet alleen maar allemaal verschillende tinten blauw, meer of minder verzadigd, dus een kwaliteitscontrast
Slide 23 - Diapositive
Welk kleurcontrast zie je hier?
A
Complementair contrast
B
Kwantiteitscontrast
C
Warm koud contrast
D
Licht donker contrast
Slide 24 - Quiz
Licht Donker
Je ziet een groot contrast tussen lichte en donkere kleuren.
Dit noem je ook wel
CLAIR OBSCURE
Slide 25 - Diapositive
Welk kleurcontrast zie je hier?
A
Kwantiteitscontrast
B
Licht donker contrast
C
Complementair contrast
D
Kleur-tegen-kleur contrast
Slide 26 - Quiz
kleur tegen kleur
Er is gebruik gemaakt van zuivere, in dit geval primaire, kleuren, dus een kleur tegen kleur contrast
Slide 27 - Diapositive
Welk kleurcontrast zie je hier?
A
Kwaliteitscontrast
B
Kwantiteitscontrast
C
Licht donkercontrast
D
Warm koud contrast
Slide 28 - Quiz
Kwantiteitscontrast
Het grootste deel van de afbeelding is groen gekleurd, slechts een heel klein gedeelte heeft een andere kleur, rood, dus een kwantiteitscontrast
Slide 29 - Diapositive
Slide 30 - Diapositive
timer
0:45
noem zoveel mogelijk kleurcontrasten
Slide 31 - Carte mentale
Je gebruikt paars en geel in een schilderij. Hoe heet dit contrast
Slide 32 - Question ouverte
Op de achtergrond zie je ... kleuren
A
Verzadigde
B
Onverzadigde
Slide 33 - Quiz
Wat is een andere benaming voor het licht donker contrast?
Slide 34 - Question ouverte
Waarom legt de slager een groen papiertje onder een rood stukje vlees
Slide 35 - Question ouverte
Welk kleurcontrast gebruikt Franz Marc hier
Slide 36 - Question ouverte
En ook deze uitleg zit er op, hopelijk snappen jullie het kleurgebruik nu ietsje beter...
En nu terug naar de PPT voor de verdere uitleg en de opdrachten