les 1 P4 M&O

• Zorg en Welzijn
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Werk van..... Naar.... 

Schoon 

Boven

Buiten

Droog 

Vuil

Beneden

Binnen

Nat 

1. 1
2. 2
3. 3

Wat hoort bij wat?

Slaapkamer stofzuigen

Schoonmaken met een doek waarin schoonmaakmiddel is verwerkt

Ramen wassen

Oppervlak reinigen met alcohol

Nat schoonmaken

Droog schoonmaken

Desinfecteren

Klamvochtig schoonmaken

Dit is een voorbeeld van een natuurlijk schoonmaakmiddel

1. Allesreiniger
2. afwasmiddel
3. Spiritus
4. Groene zeep

3 soorten schoon

1. Ruwschoon Huishoudelijk schoon smetschoon
2. Hard boenen Strijken Afwassen
3. Glasschoon, raamschoon en stofschoon
4. Stofzuigen, zemen en dweilen

Wat is de juiste schoonmaakregel?

1. Van schoon naar vies
2. Van nat naar droog
3. Van beneden naar boven
4. Van vies naar schoon

Welk antwoord past NIET bij een ergonomisch werkhouding

1. Veilig werken
2. Netjes werken
3. Gezond werken

Waarom maak je een werkplan?

1. om veilig en hygiënisch te werken
2. om efficiënt te werken
3. om ergonomisch te werken

Wat is een juist voorbeeld van droog vuil?

1. Limonade
2. Bacteriën
3. Modder
4. Koffiepoeder

Wat betekent 'klam vochtig' schoonmaken?

1. Werken met een microvezeldoek
2. De schoonmaakdoek na t maken
3. De schoonmaakdoek nat maken en vervolgens uitknijpen

Droog vuil.

Aangekleefd vuil

Onzichtbaarvuil