Possessives 2M/2H

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Possessives (bezitsvorm)

Bezitsvormen of possessives in het Engels zijn manieren om aan te geven als iets van iemand is. Bijvoorbeeld: De auto van Bob. -> Bob's car. 

Kennen we misschien al meer manieren om bezit aan te geven in het Engels? (Bezit hoeft niet persé een voorwerp te zijn, het kan ook een hobby of iets anders zijn.)

Possessives (bezitsvorm)

In het Engels zijn er drie manieren waarop je bezit kunt aangeven. 

1. Namelijk met 's (apostrof s) 
2. ' (alleen een apostrof erachter) 
3. of met ...of... (tussen woorden in).

Most cases:

In de meeste gevallen gebruik je 's

Paul's car is awesome!

My friend's dog stinks.

Our sister's hobby is horseriding.

Vertaal deze zin let op de possessive:
De vloek van de Evil Queen.

In some cases:

Als een woord al eindigt op een -s (= vaak het geval bij meervoudsvormen), dan zet je alleen een ' erachter.

Our friends' apartment is at the top floor of the building.

I found the students' books on that desk over there.

Their neighbours' dog is barking the entire day.

Vertaal deze zin. Let op de possessive.
De spullen van mijn zussen.

In some other cases:

Als je een naam van een iemand die eindigt op -s, een winkel, product, of tijdsaanduiding omschrijft, dan kun je beide vormen gebruiken.

James's / James' new haircut looks terrible.

McDonald's / McDonalds' burgers are very unhealthy.

Yesterday's / Yesterdays' weather was fantastic! 

Last but not least:

Wanneer je aan wilt geven dat iets ergens bij hoort, gebruik je …of… voor dingen, plaatsen en landen:

The arrival of the storm

The back of the car

The top of the mountain

The roof of the building

The outskirts of India

Choose the right possessive!

Miles __ shoes are dirty.

1. 's
2. '
3. both 's and '

That is Mauro ___ pen, give it back.

1. 's
2. '
3. both 's and '

Abe ___ drawings are pretty cool.

1. 's
2. '
3. both 's or '

My brothers ___ clothes are too big for me, because they're all much older.

1. 's
2. '
3. both 's and '

Which one is correct?
1. The house's roof.
2. The roof of the house.

1. 1
2. 2

Which one is correct?
The swing's rope.
The rope of the swing.

1. 1
2. 2

Which one is correct?
Daniel's toys are cool.
The toys of Daniel are cool.

1. 1
2. 2