4.1 - B - Leenheren en leenmannen



5.1 - Leenheren
 en leenmannen
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon



5.1 - Leenheren
 en leenmannen

Slide 1 - Diapositive

Planning
  • Politieke verdeeldheid
  • Onveiligheid
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiting 

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe politieke verdeeldheid ontstond na Karels dood. 

  • Je kunt uitleggen waardoor er in Europa onveiligheid ontstond en welke gevolgen dit had.  

Slide 3 - Diapositive

Op deze afbeelding uit de dertiende eeuw
belooft een leenman trouw aan Karel de Grote.

Is deze uitspraak goed of fout?
Karel de Grote wordt nu de leenheer van de leenman
A
Goed
B
Fout

Slide 4 - Quiz

Welke plicht heeft een leenman?
A
Hij moet in zijn gebied doen waar hij zin in heeft.
B
Hij moet elke ochtend bijtijds opstaan.
C
Hij moet trouw beloven aan zijn leenheer.
D
Hij moet delen van zijn gebied doorlenen aan onderleenmannen.

Slide 5 - Quiz

Karel de Grote wordt koning van het Frankische Rijk in....
A
668
B
768
C
868
D
968

Slide 6 - Quiz

De samenwerking tussen de paus en Karel de Grote is goed voor....
A
De paus en de koning
B
de paus
C
de koning
D
geen van beiden

Slide 7 - Quiz

Wat is een goed voorbeeld
van een leenstelsel?
A
De koning bestuurt zijn land helemaal in zijn eentje.
B
De koning heeft ministers die hem advies geven over het bestuur van zijn land.
C
De koning heeft niets te zeggen over het bestuur van zijn land.
D
De koning heeft zijn land in twintig stukken verdeeld. Ieder stuk wordt bestuurd door een vriend van hem.

Slide 8 - Quiz

Op deze afbeelding uit de dertiende eeuw
belooft een leenman trouw aan Karel de Grote.

Is deze uitspraak goed of fout?
De man helemaal links op de afbeelding is Karel de Grote.
A
Goed
B
Fout

Slide 9 - Quiz

Op deze afbeelding uit de dertiende eeuw belooft een
leenman trouw aan Karel de Grote.

Is deze uitspraak goed of fout?
De afbeelding gaat over de manier waarop Karel de Grote zijn land bestuurde
A
Goed
B
Fout

Slide 10 - Quiz


Politieke verdeeldheid

  • Het rijk werd na de dood van Karel de Grote viel zijn rijk uiteen en waren er zwakke koningen aan de macht. 
  • De edelen die deze gebieden bestuurden, 'vergaten soms maar even' dat zij dit gebied officieel nog steeds in leen hadden van hun leenheer en maakten het erfelijk.
  • Of ze leenden het weer verder uit aan achterleenmannen...
Leerdoel 1

Slide 11 - Diapositive

Leerdoel 1

Slide 12 - Diapositive

Onveiligheid
  • Er was onveiligheid door de komst van Vikingen en door overvallen van roversbenden. 

  • De Vikingen kwamen jaarlijks terug. 

  • Door de groeiende onveiligheid gingen edelen kastelen bouwen om zich te beschermen tegen rovers en vijanden. Zij namen daarbij ook voedsoldaten in dienst.  
Leerdoel 2

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive


Aantekeningen

  • Na de dood van Karel de Grote ontstond er politieke verdeeldheid in Europa. Het Frankische Rijk werd gesplitst. De leenmannen gaven de geleende grond niet terug aan de zoons van de koning maar maakten de grond erfelijk en gaven het door aan hun eigen kinderen. Soms leenden ze de grond ook weer uit en zo kreeg de leenman achterleenmannen. 
  • De komst van Vikingen maakten het onveilig in Europa. Hertogen en graven lieten kastelen bouwen en namen ridders in dienst om hen te beschermen.  

Slide 15 - Diapositive

Leenmannen zijn....
A
Koningen
B
Hertogen
C
Graven
D
Nonnen

Slide 16 - Quiz

Leenmannen moeten in hun gebied:
A
rechtspreken
B
zorgen voor veiligheid
C
belasting innen
D
soldaten voor het leger leveren

Slide 17 - Quiz

Wat betekent de volgende uitspraak?
"De geleende stukken land worden erfelijk"
A
De stukken land worden van vader op zoon doorgegeven
B
Iedereen kan solliciteren om leenman van de koning te worden
C
Karel de Grote geeft alle stukken land aan zijn kinderen
D
De leenmannen krijgen allemaal erfelijk ziektes

Slide 18 - Quiz

Achterleenmannen zijn....
A
Leenmannen van de koning
B
Leenmannen van een leenman
C
Vrouwelijke leenmannen
D
Bedienden van de koning

Slide 19 - Quiz

Zelfstandig werken
  •  Ga verder met opdracht 2, 3, 5, 6 en 9 op pagina 67.

  • Ook klaar? Maak opdracht 1 en 2 op pagina 142.  

Slide 20 - Diapositive