Signaalwoorden

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

vmbo-KB 2008 II Tekst 3: mit dem Boot zum Unterricht, vraag 8 (außerdem)

Tekst 4, vraag 13 (oder), Tekst 8 vraag 20 (nur), tekst 9 vraag 23,

vmbo-TL 2021 III. Tekst 3, vraag 3. Tekst 4, sowie (geen vraag). Tekst 8, vraag 26. 

 

https://www.studeersnel.nl/nl/document/alfrink-college/duits/signaalwoorden-duits/62862798

Signaalwoorden

In deze les ga je oefenen met signaalwoorden. Voor je leesvaardigheid is het van belang dat je weet:

- wat veelvoorkomende signaalwoorden betekenen

- welk tekstverband ze aangeven

- of je ze kunt herkennen in een tekst

Signaalwoorden - Sleep elk signaalwoord naar het bijbehorende tekstverband. 

Opsomming

Tegenstelling

Reden/oorzaak

 Voorbeeld

Conclusie

außerdem – bovendien, daarenboven

dann – dan , vervolgens

auch – ook

und - en  

 doch – toch

trotzdem – toch, desondanks

 

aber – maar

 denn – want

weil – omdat

deswegen - daarom, om die reden

zum Beispiel - bijvoorbeeld

also - dus

deshalb - derhalve, daarom

daher - vandaar

Oder - of

also

damit

deshalb

auch

dagegen

sogar

Koppel elk signaalwoord aan de bijbehorende betekenis

ook

zelfs

zodat

daarom

dus

daarentegen

Welk signaalwoord/functiewoord hoort bij welk tekstverband? Sleep de goede antwoorden naar elkaar toe.

zum Beispiel

zudem

denn

obwohl

daher

voorbeeld

opsomming

reden / oorzaak

tegenstelling

gevolg / conclusie

Verbanden + Signaalwoorden

opsomming

conclusie

auch

zudem

zum Schluss

und

also

folglich

schließlich

daraus kann man schließen

Welke functie hebben de signaalwoorden? 

Opsomming

Reden - oorzaak

Conclusie

weil

und

also

auch

darum

Nu nog een keer, maar dan zonder vertaling erbij

Opsomming

Tegenstelling

Reden/oorzaak

 Voorbeeld

Conclusie

außerdem 

dann 

auch 

und 

 doch 

trotzdem 

 

aber 

 denn 

weil 

deswegen 

zum Beispiel 

also 

deshalb 

daher 

Oder - of

Geef aan bij welk verband de signaalwoorden horen.

Opsomming

Reden - oorzaak

Tegenstelling

weil

und

denn

auch

aber

jedoch

nämlich

obwohl

ebenfalls

Oefenen met teksten

Nu ga je zelf vragen over teksten beantwoorden met behulp van signaalwoorden.

Text 3

Lees alinea 1. Welke signaalwoorden staan in deze alinea, en welk tekstverband geven ze aan?

Text 3

"Woran liegt das?" (alinea 1). Hoeveel redenen geeft Johannes in deze alinea?

Text 4

Lees alinea 1. Welke signaalwoorden staan in deze alinea, en welk tekstverband geven ze aan?