B&F, Begrijpend lezen, week 3, AA Schaak jij ook al?

Begrijpend lezen
Nieuwsbegrip 
Titel: Schaak jij ook al? 
Niveau: AA
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 4,5

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Begrijpend lezen
Nieuwsbegrip 
Titel: Schaak jij ook al? 
Niveau: AA

Slide 1 - Diapositive

Voorkennis activeren
De titel van de tekst is: 

Schaak jij ook al? 

Wat weet jij hier al van? 
Laat het weten op de volgende pagina!

Slide 2 - Diapositive

Schaken

Slide 3 - Carte mentale

Woorden oefenen (1)

Slide 4 - Diapositive

Woorden oefenen (2)

Slide 5 - Diapositive

Doel van de les
Strategie: Vragen stellen bij de les
Geheugensteuntje

Slide 6 - Diapositive

Vragen over de tekst

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Inleiding
Printscreen inleiding

Slide 9 - Diapositive

Hoe merk je dat schaken steeds populairder is? 
Kies 3 goede antwoorden. 
Wel
Niet
Miljoenen mensen kijken naar de serie The Queen's Gambit
Schaken bestaat al heel lang..
Schaken is vooral voor kinderen
Veel mensen schaken online
Winkels verkopen meer schaakspellen. 

Slide 10 - Question de remorquage

Schrijf zelf een vraag die je bij de inleiding hebt.

Slide 11 - Question ouverte

Schaken

Slide 12 - Diapositive

Lees het stukje 'schaken'.
Wat heb je nodig om te kunnen schaken?
A
Een schaakbord, 16 zwarte en 16 witte schaakstukken en een dobbelsteen.
B
Een schaakbord, twee spelers en 16 zwarte en 16 witte schaakstukken.
C
Een tafel, twee spelers en 16 zwarte en 16 witte schaakstukken en een dobbelsteen.

Slide 13 - Quiz

Wanneer heb je het schaakspel verloren?
A
Als de koning van de ander nergens meer heen kan.
B
Als jij al jouw schaakstukken kwijt bent.
C
Als jouw koning nergens meer heen kan.

Slide 14 - Quiz

Schrijf een vraag op die je hebt bij dit stukje.

Slide 15 - Question ouverte

Eline is wereldkampioen 

Slide 16 - Diapositive

Waarom was het bijzonder dat Eline de beste schaker van de wereld werd?
A
Ze was de eerste Nederlander die de jeugd wereldkampioen schaken werd.
B
Ze was de jongste die wereldkampioen schaken werd voor de jeugd werd.
C
Ze was het eerste meisje dat wereldkampioen schaken bij de jeugd werd.

Slide 17 - Quiz

Hoe kan Eline schaken zonder schaakbord?
A
Door aan een schaakbord te denken.
B
Door de stukken op de grond te zetten.
C
Door een schaakspel van iemand te lenen.

Slide 18 - Quiz

Schrijf zelf een vraag op die je bij dit stukje hebt.

Slide 19 - Question ouverte

Voor iedereen

Slide 20 - Diapositive

Wat is het enige dat je moet doen of zijn als je gaat schaken?
A
Je moet een jongen zijn en er heel erg slim voor zijn.
B
Je moet goed bedenken waar je je schaakstukken zet.
C
Je moet niet te jong zijn en vooral ook heel erg sterk zijn.

Slide 21 - Quiz

Schrijf een vraag op die je bij dit stukje hebt.

Slide 22 - Question ouverte

Kun jij schaken?
A
Ja
B
Nee

Slide 23 - Quiz

Hoe leuk vind je het spel? Geef een cijfer tussen de 1-10.
010

Slide 24 - Sondage

Welke nieuwe dingen heb je door deze tekst geleerd?

Slide 25 - Question ouverte

Extra: weet je
hoe dit schaakstuk heet?
A
Koning
B
Loper
C
Pion
D
Paard

Slide 26 - Quiz

Extra: weet je
hoe dit schaakstuk heet?
A
Koning
B
Loper
C
Pion
D
Paard

Slide 27 - Quiz

Extra: weet je
hoe dit schaakstuk heet?
A
Koning
B
Loper
C
Pion
D
Paard

Slide 28 - Quiz

Wil je nog meer over dit onderwerp lezen? 
Klik dan op de link op de volgende pagina. 

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Lien

Hoe ging de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 31 - Sondage