G1A Interpunctie 1

Welkom G1A!
Vandaag 25 november 2020
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom G1A!
Vandaag 25 november 2020

Slide 1 - Diapositive

Vandaag starten we met...
Scheuren!

Slide 2 - Diapositive

Je gaat dit doen:
  • Zinnen
  • Tweetal
  • Haal de hoofdletters uit de zin.
  • Scheur ze af en leg het apart.
  • 1 minuut
timer
1:00

Slide 3 - Diapositive

Je gaat dit doen:
  • Bakje
  • Tweetal
  • Haal de leestekens uit de zin.
  • Scheur ze af en leg het apart.
  • 1 minuut
timer
1:00

Slide 4 - Diapositive

Wat heb je afgescheurd? 
(Hoofdletters)




Slide 5 - Diapositive

Wat heb je afgescheurd?
(Leestekens)

Slide 6 - Diapositive

Lesdoelen
Aan het eind van deze les...
  1. kun je punten, uitroeptekens en vraagtekens gebruiken.
  2. herken je of er een komma nodig is in een gegeven zin.
  3. kun je hoofdletters gebruiken, ook in namen en woorden die van namen zijn gemaakt.

Slide 7 - Diapositive

Programma
  • Uitleg
  • Oefenen op het bord
  • Aan de slag: oefenblad
  • Terugblik

Slide 8 - Diapositive

Leestekens zijn dus...
Punten, uitroeptekens, vraagtekens en komma's. 

Slide 9 - Diapositive

Waarom zijn leestekens zo belangrijk?
Katy Perry wordt blij van haar hond koken en haar familie.

Slide 10 - Diapositive

Wanneer gebruik je hoofdletters?

Aan het begin van een zin​

  • De uitzending begint om acht uur.​


Bij namen, merken en plaatsen​

  • Femke de Jong, Amsterdam, Pasen, Audi​


Bij woorden die van namen zijn gemaakt​

  • Noord-Brabantse, Marokkaanse

Als de zin met een ‘s begint, dan verschuift de hoofdletter​
  • ‘s Morgens ben ik vrolijk.​

Slide 11 - Diapositive

Let op!
De volgende woorden worden niet met een hoofdletter geschreven:​ 

  • Dagen van de week: maandag, dinsdag, woensdag​
  • Maanden van het jaar: november, december, januari

Slide 12 - Diapositive

Wanneer gebruik je leestekens?

Herkennen of een komma goed staat.

In een zin met twee werkwoorden naast elkaar​.
Als jij de hond uitlaat, zet ik thee.​


Tussen de delen van een opsomming, behalve voor het woord en.​
Ik kocht in Amsterdam nieuwe schoenen, een pet, een trui en drie paar sokken.

Soms hoor je dat je een pauze hebt in een zin.
Zeg, loop eens door!
Marloes, help jij je moeder eens met koken.

Slide 13 - Diapositive

samen met mijn zusje thirsa ga ik shoppen in amsterdam.

Hoeveel hoofdletters missen er in deze zin?
A
0
B
2
C
3
D
Geen

Slide 14 - Quiz

's ochtends brengt henk de folder rond in het dorp.

Hoeveel hoofdletters missen er in deze zin?
A
1
B
2
C
3
D
Geen

Slide 15 - Quiz

Tess heeft een rode Tesla in haar garage staan.

Hoeveel hoofdletters missen er in deze zin?
A
1
B
2
C
3
D
Geen

Slide 16 - Quiz

De overvaller riep tegen de politie:
'Wacht niet, schieten!'

Staat de komma op de juiste plek?
A
Ja
B
Nee

Slide 17 - Quiz

Ben jij vorige week naar Ameland geweest!

Past het uitroepteken in deze zin?
A
Ja
B
Nee

Slide 18 - Quiz

Ga jij in de herfstvakantie naar je zus in Berlijn?

Past een vraagteken in deze zin?
A
Ja
B
Nee

Slide 19 - Quiz

Aan de slag!

Slide 20 - Diapositive

Terugblik
Aan het eind van deze les...
  • kun je punten, uitroeptekens en vraagtekens gebruiken.
  • herken je of er een komma nodig is in een gegeven zin.
  • kun je hoofdletters gebruiken, ook in namen en woorden die van namen zijn gemaakt.

Slide 21 - Diapositive

Wie?

Slide 22 - Diapositive

Tip of top?

Slide 23 - Diapositive

Volgende week maandag

  • Verder met de collage 
  • Heb je plaatjes? Print ze!
  • Bespreken van het oefenblad.
  • Lever deze bij mij in.

Slide 24 - Diapositive