Herhaling thema 4 hoofdstuk 1 (woorden, uitdrukkingen en lezen)

Wat gaan we doen deze les?
- We herhalen de afgelopen 4 lessen
- Je kan de laatste vragen stellen over dit hoofdstuk
- Je oefent voor de toets van vrijdag op Numo.nl

1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Wat gaan we doen deze les?
- We herhalen de afgelopen 4 lessen
- Je kan de laatste vragen stellen over dit hoofdstuk
- Je oefent voor de toets van vrijdag op Numo.nl

Slide 1 - Diapositive

Zoek een plaatje op van het gemeentehuis van Amersfoort

Slide 2 - Question ouverte

Wat vind jij beter?
Bedenk er gelijk 3 argumenten bij waarom je dit vindt.
Een huis kopen
Een huis huren

Slide 3 - Sondage

Als je op een boerderij woont dan woon je ....
A
in een dorp
B
op het platteland
C
op een woonwagenkamp
D
in een wijk

Slide 4 - Quiz

Geef drie voorbeelden van waar je je voor moet inschrijven?

Slide 5 - Question ouverte

Zoek een foto op van de wijk Liendert

Slide 6 - Question ouverte

Wat betekent met open armen ontvangen?
A
Dat je altijd een hand moet geven
B
Dat je hallo tegen iemand zegt
C
Dat iedereen welkom is
D
Dat je moet oppassen

Slide 7 - Quiz

Hoe heet een inwoner van Nederland?
A
Nederlands
B
Nederlandster
C
Nederland
D
Nederlander

Slide 8 - Quiz

Waarom moet je woorden en zinnen in een tekst markeren?

Slide 9 - Question ouverte

Zoek een foto op van de uitdrukking voor dag en dauw

Slide 10 - Question ouverte


A
De jongen moet aan het werk gaan
B
De jongen moet zich beter aankleden
C
De jongen moet meer met zijn handen werken
D
De jongen moet zich er niet mee bemoeien

Slide 11 - Quiz

Wat kun je doen als je een
moeilijke tekst moet lezen?

Slide 12 - Carte mentale

Zoek een foto op internet op met de uitdrukking dat veel handen licht werk maken

Slide 13 - Question ouverte

Klopt het dat in onze klas de muizen op tafel dansen als de kat van huis is?
Dat klopt
Dat klopt niet

Slide 14 - Sondage

De wijk
De gemeente
Een dorp hoort erbij
In de stad
Groter dan een stad
Liendert
Blauw bord met witte letters

Slide 15 - Question de remorquage