Duits les 3

• Duits
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3

Lessenserie Duits - Les 3

In deze les

Thema: Eten/drinken bestellen

Spelling: Werkwoorden - samen

Lezen: Tekst met vragen - zelfstandig werken (1 persoon)

Woorden: Leren woorden - samen

Eine Frikandelle is hetzelfde als de Nederlandse frikandel.

1. Waar
2. Niet waar

In Duitsland noemen ze taart: Kuchen

1. Waar
2. Niet waar

De Bratwurst is uitgevonden in Duitsland

1. Waar
2. Niet waar

In Duitsland eten de mensen vaak in de middag al warm.

1. Waar
2. Niet waar

Dankjewel en alstublieft is in het Duits:

1. Danke en Alstubleef
2. Danke en Bitte

Wat weet je al:
Eten/Drinken bestellen

Kaiserschmarr'n

Schnitzel mit Pommes

Bratwurst mit Sauerkraut

De getallen

1 - Eins

2 - Zwei

3 - drei

4 - vier

5- fünf

6 - sechs

7 - acht

8 - acht

9 - neun

10 - zehn

11 - elf

12 - zwölf

13 - dreizehn

14 - vierzehn

15 - fünfzehn

16 - sechzehn

17 - siebzehn

18 - achtzehn

19 - neunzehn

20 - zwanzig

Vertaal de getallen van de bingokaart

Lees nu de tekst op je blad

Opdracht 5

1. Alexa bestelt 2 keer een schnitzel.

2. Alexa bestelt in totaal 3 drankjes

3. De ober heeft alles opgeschreven.

4.Alexa wil braadworst met zuurkool.

5. ze gaan in de avond eten.

Opdracht 6

1. Hallo, wat mag het zijn?

2. Anders nog iets?

3. Komt er nog een drankje bij?

Wat betekenen de woorden?

1. Getränk

2. Minuten

3. Essen

Opdracht 7

Maak nu deze opdracht op je blad, als hij af is bespreken we hem.

• Wat heb je geleerd?
• Wat was moeilijk/makkelijk