Week 4 klas 1+2

Paso Adelante 1 -Hoofdstuk 1
De volgende onderwerpen ga je oefenen:
Getallen t/m 20
Woordenschat gegevens
Jezelf voorstellen
Vragen + antwoorden
Mannelijk/vrouwelijk
Regels

1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Paso Adelante 1 -Hoofdstuk 1
De volgende onderwerpen ga je oefenen:
Getallen t/m 20
Woordenschat gegevens
Jezelf voorstellen
Vragen + antwoorden
Mannelijk/vrouwelijk
Regels

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Het juiste lidwoord voor hermanos is...
timer
0:45
A
EL
B
LOS
C
LAS
D
LA

Slide 4 - Quiz

uno
dos
tres
cuatro
cinco
seis
siete
ocho
nueve
diez
once
doce
trece
catorce
quince
dieciséis
diecisiete
dieciocho
diecinueve
veinte
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20

Slide 5 - Question de remorquage

Slide 6 - Vidéo

Probeer in hele zinnen antwoord te geven op de volgende vragen. Je vult je eigen gegevens in.

Slide 7 - Diapositive

¿Cómo te llamas?

Slide 8 - Question ouverte

¿Cuántos años tienes?

Slide 9 - Question ouverte

¿De dónde eres?

Slide 10 - Question ouverte

¿Dónde vives?

Slide 11 - Question ouverte

¿Cuál es tu número de teléfono?

Slide 12 - Question ouverte

¿Hablas otras lenguas?

Slide 13 - Question ouverte

¿Cómo te llamas?
¿Cuántos años tienes?
¿De dónde eres?
¿Dónde vives?
¿Hablas inglés y holandés?
Me llamo Nina Hogenboom
Tengo 25 años
Soy de Holanda
Vivo en Roelofarendsveen
Hablo holandés, inglés y español

Slide 14 - Question de remorquage

Woorden die eindigen op -o zijn meestal.... net zoals woorden op -or, -aje.
A
Vrouwelijk
B
Mannelijk
C
Onzijdig
D
Vrouwelijk en mannelijk

Slide 15 - Quiz

Woorden die eindigen op -a zijn meestal.... zoals woorden op -ción, sión of -dad
A
Mannelijk
B
Onzijdig
C
Mannelijk en vrouwelijk
D
Vrouwelijk

Slide 16 - Quiz

Geef een voorbeeld van een mannelijk woord en een vrouwelijk woord in het Spaans.

Slide 17 - Question ouverte

Koppel lidwoord aan zelfstandig naamw.
el
la
los
las
madres
tortuga
banco
museos

Slide 18 - Question de remorquage

el
la
los
las
.......  libro
... familia
... cuadernos
... ciudades (steden)
Koppel de lidwoorden met woordjes

Slide 19 - Question de remorquage

Mannelijk
Vrouwelijk
tarjeta
bolígrafo
playa
camping
chico
ciudad
hijo
piso
tienda
canción

Slide 20 - Question de remorquage

Het juiste lidwoord voor VACACIONES is...
timer
0:45
A
LA
B
EL
C
LAS
D
LOS

Slide 21 - Quiz

Het juiste lidwoord voor PISCINA is...
timer
0:45
A
LA
B
EL
C
LAS
D
LOS

Slide 22 - Quiz

Het juiste lidwoord voor AMIGA is...
timer
0:30
A
LOS
B
EL
C
LAS
D
LA

Slide 23 - Quiz

Het juiste lidwoord voor HIJA is...
timer
0:30
A
LA
B
EL
C
LAS
D
LOS

Slide 24 - Quiz

Het juiste lidwoord voor HOSPITALES is...
timer
0:30
A
LA
B
EL
C
LAS
D
LOS

Slide 25 - Quiz

Het juiste lidwoord voor hermanos is...
timer
0:45
A
EL
B
LOS
C
LAS
D
LA

Slide 26 - Quiz

Slide 27 - Vidéo

¿Qué significa: edad?

Slide 28 - Question ouverte

¿Qué significa: nombre?

Slide 29 - Question ouverte

¿Qué significa: nacionalidad?

Slide 30 - Question ouverte

¿Qué significa: nombre del padre?

Slide 31 - Question ouverte

¿Qué significa: nombre de la madre?

Slide 32 - Question ouverte

¿Qué significa: profesión?

Slide 33 - Question ouverte

¿Qué significa: lengua que habla?

Slide 34 - Question ouverte

¿Qué significa: número de teléfono?

Slide 35 - Question ouverte

¿Tú hablas español?
No
Un poco
Sí, ¡hablo español!
Ik begrijp de vraag niet

Slide 36 - Sondage

Nosotros
Yo 
Ellos/ellas 
tú 
él/ella
Jullie
Wij  
jij 
ik
Hij/zij  
Zij (mv) 
Vosotros 

Slide 37 - Question de remorquage