Verbranding en ademhaling

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 2

Ademhalen

- Telefoon in het hotel!

- Ga rustig zitten en pak je boekje + laptop

Vandaag:

- Begin met lezen blz. 25

- Nakijken huiswerk

- Uitleg ademhalen

- Zelf aan de slag

Welke twee onderdelen zijn er nodig
voor een verbranding?

Welke drie dingen ontstaan er
bij de verbranding?

Zet de onderdelen in de juiste volgorde als je inademt via je neus. 

Neusholte

Keelholte

Luchtpijp

Bronchiën

Longblaasjes

Leerdoelen

1: Je kunt de werking van longblaasjes beschrijven.

2: Je weet wat de verschillen zijn tussen de lucht
die je inademt en uitademt.

3: Je kunt uitleggen hoe je ademhaling tot stand komt. 

Longhaarvaten

= Netwerk van kleine bloedvaatjes rondom de longblaasjes

Gaswisseling

De wanden van de longhaarvaatjes en van de longblaasjes is erg dun -> zuurstof + koolstofdioxide kunnen makkelijk door de wanden heen.

• Zuurstof wordt door de wanden heen opgenomen in het bloed
• Koolstofdioxide wordt door de wanden heen afgegeven aan de lucht

In INGEADEMDE / UITGEADEMDE lucht zit meer zuurstof

1. Ingeademde
2. Uitgeademde

In INGEADEMDE / UITGEADEMDE lucht zit meer koolstofdioxide

1. Ingeademde
2. Uitgeademde

In INGEADEMDE / UITGEADEMDE lucht zit meer water

1. Ingeademde
2. Uitgeademde

INGEADEMDE / UITGEADEMDE lucht is warmer

1. Ingeademde
2. Uitgeademde

Ademhalingsspieren

= spieren die je gebruikt bij het ademhalen 

• Middenrif
• Buikspieren
• Tussenribspieren
• Spieren b/h sleutelbeen (als je diep inademt

Borstademhaling vs. buikademhaling

Borstademhaling:

De ribben en het borstbeen bewegen. De tussenribben spannen zich aan -> ribben en borstbeen bewegen omhoog -> de borstholte wordt groter . 

Je longen worden groter dus zuigen lucht naarbinnen.

Borstademhaling vs. buikademhaling

Buikademhaling:

De buikwand en het middenrif bewegen -> borstholte wordt groter -> Longen worden groter en zuigen lucht naar binnen.

Buikholte wordt kleiner -> organen duwen de buikwand naar voren.

Aan de slag!

Basisstof 3: Ademhalen

Opdrachten 1, 2, 3, 6, 7, 8

Klaar? Maak de samenhang.