Les 1: a - aa

• NT2
• ANT2+
• Middelbare school
• vmbo lwoo
• Leerjaar 1

a - aa

a

Luister en zeg na (twee keer).

tak

pan

trap

park

plant

bad

bak

bas

bal

bar

dag

dak

dam

dan

das

dal

dat

gal

gas

gat

hak

hal

ham

hap

jas

kak

kam

kan

kap

kar

kas

kat

laf

lag

lak

lam

lap

las

lat

maf

mag

mak

mal

man

map

mat

nar

nat

pad

pak

pan

pap

pas

ram

rap

ras

rat

sap

sas

tak

tal

tam

tap

tas

vak

val

van

vat

wad

wak

wal

war

was

wat

zak

zal

zat

ik hoor a

Schrijf woorden met de klank "a".

- Speel memory in groepjes.

- Blad op de J-schijf (auditieve discriminatie).

aa

Luister en zeg na (twee keer).

aap

kaal

laars

traan

paard

baal

baan

baas

baat

baar

daad

daag

daal

daar

daas

faal

faam

gaaf

gaan

gaap

gaar

gaas

gaat

haag

haak

haal

haan

haar

haas

haat

jaag

jaar

kaak

kaal

kaap

kaas

laad

laag

laan

laat

maag

maak

maal

maan

maar

maas

maat

naad

naam

naar

paal

paar

raad

raaf

raak

raam

raap

raar

raas

taak

taal

vaak

vaal

vaar

vaas

vaat

waag

waak

waal

waan

waar

waas

zaad

zaag

zaak

zaal

ik hoor aa

Schrijf woorden met de klank "aa".

- Speel memory in groepjes.

- Blad op de J-schijf (auditieve discriminatie).

- Ik lees de zinnen voor.

- Vul in: a of aa.

- We kijken samen na.

(Blad op J-schijf in bestand

auditieve discriminatie.)

- Ik zeg een woord

- Hoor je a of aa?

- Omcirkel het goede antwoord

Voorbeeld 1: man

Voorbeeld 2: aan

(Daarna het digibord uitzetten/bevriezen!)

(Blad op J-schijf in bestand

auditieve discriminatie.)

- Luister

- Wat hoor je?

- Luister nog een keer.

- Luister en klap mee.

- Luister en lees mee.

- Hoor je een a? Markeer.

- Hoor je een aa? Markeer.

- Zeg na.

- Luister en doe mee.

- Luister, doe mee (2 groepen).