2.1 MASSAMEDIA

Deze les;  
- Kort herhalen 1.1 en 1.2
- Uitleg 2.1 
- Zelfstandig werken
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Deze les;  
- Kort herhalen 1.1 en 1.2
- Uitleg 2.1 
- Zelfstandig werken

Slide 1 - Diapositive

WOENSDAG TOETS MEDIA MAATSCHAPPIJLEER 
5.1 T/M 5.6

(heb je al geleerd voor vrijdag vóór de vakantie)

Slide 2 - Diapositive

Communicatievormen
Direct - Indirect
in dezelfde ruimte - niet in dezelfde ruimte 
Verbaal - Non verbaal
met woorden - zonder woorden 
Eenzijdig - Meerzijdig
ontvanger kan niet reageren - ontvanger kan meteen reageren

Slide 3 - Diapositive

Massamedia
Media die zich met hun communicatieboodschap tot grote groepen mensen richten

TV RADIO INTERNET MUSEUM KRANT BOEK FILM

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Wat doe je nu? 
Zelfstandig lezen paragraaf 2.1 op pagina 22 en 23

Tot je klaar bent.
/
Totdat ik terug ben om uitleg te geven.

Slide 6 - Diapositive

Massamedia paragraaf 2.1


Uitleg.....
 

Slide 7 - Diapositive

Leerdoelen 
Na het bestuderen van deze dia's kun je:

1 : uitleggen wat er wordt bedoeld met: gedrukte media.
2 : benoemen welke soorten gedrukte media er zijn.
3: het verschil tussen populaire en kwaliteitskranten uitleggen

Slide 8 - Diapositive

2.1... Het medialandschap

Slide 9 - Diapositive

Kranten
                       Er zijn twee verschillende soorten gedrukte media: kranten en tijdschriften. 

Kranten verschijnen elke dag! Er zijn zo'n 60 verschillende landelijke en regionale kranten in NL. 

- Landelijke dagbladen: kan je overal in NL krijgen! hierin staat veel binnen- en buitenlands nieuws over bijvoorbeeld de economie, politiek en maatschappij. Telegraaf, Volkskrant, Trouw

- Regionale dagbladen: zijn alleen te vinden in een bepaalde streek, hierin vertellen zij ook veel plaatselijk nieuws. Noord-Hollands dagblad, Purmerends Nieuwsblad.

Slide 10 - Diapositive

Kranten
Bij de landelijke dagbladen kan er nog een onderscheid gemaakt worden tussen: 

populaire- en  kwaliteitskranten. 


Deze kranten zijn gericht op een bepaalde doelgroep.

doelgroep  (= groep mensen met  dezelfde maatschappelijke kenmerken)


Slide 11 - Diapositive

- Populaire kranten: geven veel aandacht aan misdaad, rampen, sport en gebeurtenissen rond BN'ers. 
Zij richten zich op een breed publiek: het taalgebruik is makkelijk en de teksten kort. 
Zij gebruiken vaak hele dik geschreven koppen en grote foto's. 
- Telegraaf, AD. 

- Kwaliteitskranten: besteden veel aandacht aan politieke, economische en maatschappelijke ontwikkelingen.
Gericht op mensen met een hogere opleiding --> artikelen lang en teksten ingewikkeld.
 De kwaliteitskrant ziet er vaak veel rustiger uit.
- Volkskrant, Trouw, NRC 

Slide 12 - Diapositive

Veel teksten (lange teksten..)
Minder gericht op sensatie..
Grote teksten.. Veel fotos en grote fotos! 

Slide 13 - Diapositive

Tijdschriften en opiniebladen
Tijdschriften schrijven ieder voor een eigen doelgroep met een speciaal interessegebied
- Verschijnen vaak wekelijks of maandelijks
- verdienen aan de verkoop, abonnementen of advertenties. 

Opiniebladen geven achtergrond informatie bij maatschappelijke of politieke kwesties 
- Lezers moeten een eigen mening (= Opinie) gaan vormen. 
- HP/ De Tijd, Vrij Nederland. 

Slide 14 - Diapositive

Leerdoel check: 
1 : Wat wordt er bedoeld met: gedrukte media?
2: Welke soorten gedrukte media zijn er?
3: Wat zijn de verschillen tussen: populaire kranten en kwaliteitskranten?

Slide 15 - Diapositive

Dit was de uitleg van 2.1 massamedia
De tekst hiervan staat in je boek op pagina 22.

Wat doe je nu?
Lees de tekst van 2.1 in je boek op pagina 22.
  • Maak opgaven 1 t/m 4 pagina 23
  • Maak opgaven 10 en 11 pagina 28
  • Maak opgaven 12 - 13 en 14 pagina 29

Slide 16 - Diapositive

Tot welke doelgroepen behoor jij? Noem er 3!

Slide 17 - Question ouverte

Wat is een voorbeeld van een Populaire krant?
A
Trouw
B
AD
C
Hitkrant
D
Voetbal international

Slide 18 - Quiz

Noem een actueel onderwerp waar een opinieblad nu over zou schrijven:

Slide 19 - Question ouverte

Een kwaliteitskrant is beter dan een populaire krant
A
Dit klopt
B
Dit klopt niet
C
Dat ligt eraan

Slide 20 - Quiz

Welke van de 4 hoort hier niet thuis?
A
De volkskrant
B
NRC Handelsblad
C
TROUW
D
algemeen dagblad

Slide 21 - Quiz

Leg uit waarom die er niet bij hoort:

Slide 22 - Question ouverte

Welke van de 4 hoort er niet tussen?
A
HP/ De Tijd
B
Nieuwe Revu
C
Elsevier
D
Vrij Nederland

Slide 23 - Quiz

Leg uit waarom die er niet bij hoort:

Slide 24 - Question ouverte

Schrijven voor een eigen doelgroep met een eigen interessegebied
Groep mensen met gemeenschappelijke kenmerken
Gericht op mensen met een hogere opleiding
Groep mensen uit alle lagen van de bevolking
Geven achtergrondinformatie bij politieke kwesties
Richten zich met sensationele berichten op een groot publiek
Kwaliteitskranten
 Opiniebladen
 Tijdschriften
Populaire kranten
 Doelgroep
Breed publiek

Slide 25 - Question de remorquage

Reageer met een ARGUMENT op de volgende stelling: ''Jongeren zijn slecht geïnformeerd omdat ze weinig kranten lezen.''

Slide 26 - Question ouverte

De doelgroep van het tijdschrift hiernaast is: mannen. Voor welke producten zou in dit tijdschrift reclame gemaakt kunnen worden? (meerdere antwoorden goed)
A
Stofzuigers
B
Stedentrip
C
Nike schoenen
D
Apple watch

Slide 27 - Quiz