woorden oefenen week 36
1 / 19
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Vertaal:
zestien
zestien
Slide 2 - Question ouverte
Vertaal:
twaalf
twaalf
Slide 3 - Question ouverte
Vertaal:
vijf
vijf
Slide 4 - Question ouverte
Vertaal:
negentien
negentien
Slide 5 - Question ouverte
Vertaal:
een
een
Slide 6 - Question ouverte
Vertaal:
de naam
de naam
Slide 7 - Question ouverte
Vertaal:
het telefoonnummer
het telefoonnummer
Slide 8 - Question ouverte
Vertaal:
de straat
de straat
Slide 9 - Question ouverte
Vertaal:
het jaar
het jaar
Slide 10 - Question ouverte
Vertaal:
zijn
zijn
Slide 11 - Question ouverte
Vertaal:
oud
oud
Slide 12 - Question ouverte
Vertaal:
hoe
hoe
Slide 13 - Question ouverte
Vertaal:
waar
waar
Slide 14 - Question ouverte
Vertaal:
waarvandaan
waarvandaan
Slide 15 - Question ouverte
Vertaal:
wat
wat
Slide 16 - Question ouverte
Vertaal:
wie
wie
Slide 17 - Question ouverte
Vertaal:
Duitsland
Duitsland
Slide 18 - Question ouverte
Vertaal:
Nederland
Nederland
