Mens en gezondheid hoofdstuk 5.

Mens en gezondheid
Hoofdstuk 5: Diëten en voedingspatronen.
1 / 42
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

Éléments de cette leçon

Mens en gezondheid
Hoofdstuk 5: Diëten en voedingspatronen.

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doelen:
De leerlingen weet welke de verschillende soorten diëten.
De leerling weet wat voedselallergie en voedselintolerantie inhouden.
De leerling weet wat je mensen kan adviseren over een gezond eetpatroon.
De leerling weet welke eetstoornissen veel voorkomen.
De leerling weet wat obesitas is.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

'Een dieet heeft altijd als doel om af te vallen'
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht:
Maak opdracht 5.01 blz. 101.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Diëten:
Je eet anders als normale voeding. 
Het wordt voorgeschreven wat je wel/niet mag eten.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Redenen voor een dieet:
Gewicht
Gezondheidsproblemen
Sportprestaties
Zwangerschap en borstvoeding
Voedselintolerantie en allergieën

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten diëten:
1. Voedingsstofbeperkend dieet.
2. Voedingsstofvrije dieet.
2. Voedingsstofverrijkend dieet.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 Voedingsstofbeperkend dieet:
Minder van een voedingsstof in het eten zoals:
natriumbeperkt dieet
lactosebeperkt dieet
energiebeperkt dieet

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedingsstofvrije dieet:
Bepaalde voedingsstoffen komen helemaal niet voor:
koemelkvrij dieet
allergeenvrij dieet

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedingsstofverrijkt dieet:
Bepaalde voedingsstoffen komen meer voor:
energieverrijkt dieet

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht:
Lezen blz. 102 t/m 106.
Maken opdrachten 5.02, 5.04, 5.05, 5.06 en 5.07
 (102 t/m  blz. 106.
Bij 5.07c blz. 37 gebruiken.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Meneer Jansen heeft een natriumarm dieet. Dit is hetzelfde als een
A
Zoutarm dieet.
B
Caloriearm dieet.

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Meneer Jansen heeft een energiebeperkt dieet. Dit dieet heeft minder
A
Voedingsstoffen.
B
Caloriën.
C
Voedingsmiddelen.
D
Vocht.

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Joris is allergisch voor gluten en heeft een glutenvrij dieet.
Wat zitten vooral gluten in?
A
in producten waar granen in zitten.
B
In producten waar veel koemelk in zit.

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bevat een energieverrijkt dieet meer of minder calorieën
A
Meer calorieën
B
minder calorieën

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als je koemelkallergie hebt dan ben je allergisch voor:
A
Melk
B
Insuline
C
Lactose
D
Glucose

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedselallergie:
Je lichaam reageert met het afweersysteem op 1 of meerdere eiwitten.
Eiwitten worden ook wel allergenen genoemd.
Heftige reactie en soms levensbedreigend.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedselintolerantie:
Je lichaam reageert op bepaalde stoffen in een voedingsmiddel.
Het wordt niet verteerd of opgenomen in het lichaam.
Je krijgt bijv. buikpijn, diarree.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht:
Lees blz. 107 t/m 109.
Maak opdracht 5.09 (blz. 109).

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Eetstoornissen:
Als eten je leven gaat beheersen en je nergens anders meer aan denkt en je daarom niet gelukkig voelt.

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Eetstoornissen:
Anorexia.
Boulimia nervosa.

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Anorexia:
Heel weinig eten uit angst om aan te komen.
Risicofactoren:
biologisch: familie
psychisch: karakter, negatief zelfbeeld
omgevingsfactoren: sociale media

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Clement, een jongen met Anorexia

Slide 26 - Diapositive

Leg uit wat het jij effect is: Het lichaam zit in overlevingsstand, alle voedingsstoffen worden opgeslagen als vet. Je lichaam verbrandt energie nu langzamer. Als je dan weer normaal gaat eten zit het lichaam nog in de overlevingsstand en heeft een langzame stofwisseling daardoor heeft het lichaam minder energie nodig. 
Boulimia:
In een korte tijd veel eten en daarna zo snel mogelijk kwijt raken door spugen, sporten, laxeren. 

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Obesitas:
Zwaarlijvigheid: ernstig overgewicht.
Slecht voor je gezondheid: suikerziekte, hart- en vaatziekten, kanker.
Je neemt meer calorieën dan je verbruikt.

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Obesitas:
Oorzaken:
teveel eten/weinig bewegen
erfelijk
traag werkende schildklier
stress

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 31 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht:
Maken opdracht 5.18 blz. 117.

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht:
Lezen blz. 109 t/m 116.
Maken opdrachten 5.11, 5.13, 5.15, 5.17, 5.22 (blz. 110 t/m 121).


Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Jan eet voeding waar hij niet goed tegen kan. Hij heeft nu buikkrampen en een beetje diarree.
Jan heeft een:
A
Voedselallergie.
B
Voedselintolerantie.

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Om welke voedselallergie gaat het hier?
A
Gluten allergie
B
Notenallergie
C
Weekdieren allergie
D
Graanallergie

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Om welke voedselallergie gaat het hier?
A
Pinda allergie
B
Notenallergie
C
Weekdieren allergie
D
Schaaldierenallergie

Slide 36 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Om welke voedselallergie gaat het hier?
A
Melk allergie
B
Soja allergie
C
Mosterd allergie
D
Noten allergie

Slide 37 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Om welke voedselallergie gaat het hier?
A
Pinda allergie
B
Soja allergie
C
Weekdieren allergie
D
Noten allergie

Slide 38 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een voedselallergie?
A
het immuunsysteem is overactief
B
het afweersysteem slaat op hol

Slide 39 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Extra opdracht:
Deelopdracht 5.01 blz. 276 en 277.

Slide 40 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk:
Lees blz. 215 t/m 216.
Maak opdracht 5.12, 5.14 en 5.17 (blz. 111 t/m 219).


Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afsluiting:
Lesevaluatie.
Vooruitblik volgende les.
Huiswerk.

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions