ELE1A - Hoofdstuk 4 - Wisselstroombegrippen 1

• Electronica
• MBO
• Studiejaar 1

Elektriciteitsleer ELE1A

Hoofdstuk 4

Wisselstroombegrippen

In deze les

Deel 1:

4.1 Wisselstroom en wisselspanning.

4.2 Periodiek veranderende spanningen en stromen.

Wat is spanning ook alweer?

Als we het over elektrische spanning hebben, bedoelen we het potentiaalverschil tussen twee punten. Spanning staat ook altijd OVER twee punten. Als in punt A meer positieve potentiele elektrische lading aanwezig is dan in punt B, dan heeft punt A een positieve spanning t.o.v. punt B.

Gelijkspanning

Bij een gelijkspanning blijft de polarisatie tussen punt A en punt B ALTIJD gelijk. Voorbeelden van gelijkspanningsbronnen zijn een accu of zonnepaneel.

Wisselende gelijkspanning

Bij een wisselende gelijkspanning variëren de elektrische potentialen. Echter de polarisatie tussen punt A en punt B blijft nog steeds GELIJK.

Wisselspanning

Bij een wisselspanning kunnen de elektrische potentialen variëren en de polarisatie tussen punt A en punt B kan WISSELEN.

Opwekken van wisselspanning

Met een generator kan een wisselspanning opgewekt worden.

Periodieke wisselspanningen

Bij een periodieke wisselspanning (-stroom) herhaalt na bepaalde tijd T zich het verloop.

Periodetijd

De periodetijd is de tijd waarin het verloop van een periodieke spanning uniek is. Het unieke verloop herhaalt zich continu.

Periodetijd

De periodetijd geven we aan met de hoofdletter T. Als de periodetijd bekend is kunnen we de bijbehorende frequentie f uitrekenen met:

f=​T​​1​​

De eenheid van f = Hertz [Hz] en T = seconden [s]

Voor volgende keer

Lezen paragraaf 4.1 en 4.2

Maken vragenblad (laten zien aan het begin van de les.)