3.3 Veranderen van Fase

3.3 Veranderen van Fase
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

3.3 Veranderen van Fase

Slide 1 - Diapositive

Vorige les..

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen 3.3 Veranderen van Fase
  • Je kunt de 6 faseovergangen beschrijven 
  •  Je kunt beschrijven hoe de faseovergangen van water een belangrijke rol spelen bij allerlei weersverschijnselen. 

Slide 3 - Diapositive

3.3 Veranderen van Fase

Slide 4 - Diapositive

Smelten
Een vaste stof word een vloeistof.


Chocola smelten!

Slide 5 - Diapositive

Verdampen
een vloeistof word een gas!

(Let op, de gas die je ziet is geen waterdamp!) 

Parfum is ook een mooi voorbeeld.

Slide 6 - Diapositive

Condenseren
Een gas wordt Vloeistof!


Denk aan de spiegel in de badkamer als je gedoucht hebt

Slide 7 - Diapositive

Stollen
Een vloeistof word een vaste stof

Denk aan kaarsvet! Als een kaars afkoelt word het weer vast. 

Slide 8 - Diapositive

Vervluchtigen
Een vaste stof word een gas. 


Denk aan een WC blokje in de WC. 
Er wordt uit het vaste blokje een lekkere geur verspreid. 

Slide 9 - Diapositive

Rijpen
Een gas wordt een vaste stof 


Denk aan de mooie witte bomen in de winter zonder dat er sneeuw is gevallen. 

Slide 10 - Diapositive

Fase overgangen en het weer
Smelten
Smelten
Verdampen
Condenseren
Bevriezen
Vervluchtigen
Rijpen

Slide 11 - Diapositive

Aan de slag!
Leren 3.3 pagina 65 t/m 67 (t/m vervluchtigen) 

Maken en nakijken opdracht 23 t/m 28 (pag. 69)

Slide 12 - Diapositive


A
Smelten
B
Verdampen
C
Condenseren
D
Stollen (Bevriezen)

Slide 13 - Quiz


A
Smelten
B
Verdampen
C
Condenseren
D
Stollen (Bevriezen)

Slide 14 - Quiz

Welke fase-overgang is er, wanneer je en gesmolten ijsje in de vriezer legt
A
Smelten
B
Verdampen
C
Condenseren
D
Stollen (Bevriezen)

Slide 15 - Quiz

Bij de fase-overgang
rijpen gaat water van ...
rijp
A
vast naar vloeibaar
B
gas naar vast
C
vloeibaar naar vast

Slide 16 - Quiz

HUISWERK!

Opdracht 1 t/m 10 op bladzijde 110 t/m 112. 

Schrijf op in je AGENDA!


Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo