Probeer de vragen eerst zelf te beantwoorden. Daarna kan je het antwoord opvragen.
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
ScienceMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2
Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 40 min
Éléments de cette leçon
Oefentoets
Probeer de vragen eerst zelf te beantwoorden. Daarna kan je het antwoord opvragen.
Slide 1 - Diapositive
Op welke twee manieren kun je een suspensie scheiden?
Slide 2 - Question ouverte
In welk mengsel kan een emulgator worden gebruikt?
Slide 3 - Question ouverte
Linda heeft een extra zuinige wc gekocht. Hiermee bespaart ze 20 liter water per dag. Hoeveel liter water gebruikt ze nu nog in een jaar voor het toilet?
Slide 4 - Question ouverte
Leg uit wat voor soort mengsel bloem in water is en hoe je dit het beste kunt scheiden
Slide 5 - Question ouverte
Leg uit wat voor soort mengsel olie met water is, en waarom filtreren niet werkt om dit te scheiden
Slide 6 - Question ouverte
Als alle rivieren in de zee of oceaan uitkomen, waarom stroomt de zee dan niet over? Leg uit.
Slide 7 - Question ouverte
Noem twee soorten vloeibaar water (druppeltjes) die in de lucht zweven
Slide 8 - Question ouverte
Troebel of helder?
Slepen maar ...
Troebel
Helder
Suspensie
Emulsie
Oplossing
Slide 9 - Question de remorquage
1. Een mengsel van
twee vloeistoffen
die niet mengen.
2. Een mengsel van
een vaste stof en een vloeistof die niet mengen.
3. Een mengsel van
een vaste stof, vloeistof of gas en een vloeistof
die goed mengen.
Suspensie
Emulsie
Oplossing
Slide 10 - Question de remorquage
Welke fase? Sleep naar het juiste vak
Vast
Vloeibaar
Gas
rijp
sneeuw
waterdamp
mist
grondwater
gletsjer
wolk
oppervlaktewater
hagel
Slide 11 - Question de remorquage
Sleep naar het juiste vak
Suspensie
Residu
Filtraat
Slide 12 - Question de remorquage
Sleep de fase en faseovergang naar de juiste plek.
Smelten
Stollen
Condenseren
Vervluchtigen
Rijpen
Verdampen
gas
vloeistof
vaste stof
Slide 13 - Question de remorquage
Welke bevat een emulgator?
A
verf
B
Red Bull
C
mayonaise
D
koffie met suiker
Slide 14 - Quiz
Verf moet je schudden voor gebruik. Daardoor weet je dat het een ... is:
A
oplossing
B
suspensie
C
emulsie
D
mengsel van bloem en water
Slide 15 - Quiz
Kokend water: wat zit er in de belletjes
A
zuurstof
B
lucht
C
waterdamp
D
stikstof
Slide 16 - Quiz
Bij adsorberen wordt een oplossing een ...
A
emulsie
B
residu
C
suspensie
D
adsorptiemiddel
Slide 17 - Quiz
Als je ijsblokjes en water bij elkaar doet heb je ...
A
een mengsel
B
limonade
C
een zuivere stof
D
een blok koolstof
Slide 18 - Quiz
Plaatje: 2 soorten moleculen. Zijn ze goed gemengd?
A
ja
B
nee
Slide 19 - Quiz
een oplossing van een vloeistof in een vloeistof scheid je met
A
indampen
B
destilleren
Slide 20 - Quiz
Destilleren heeft veel overeenkomsten met indampen, maar er is ook een belangrijk verschil. Wat is het verschil tussen destilleren en indampen?
A
Bij destilleren vang je de vloeistof die verdampt is weer op.
B
Bij indampen vang je de vloeistof die verdampt is weer op.
C
Destilleren gebeurt bij een hogere temperatuur.
Slide 21 - Quiz
een oplossing van een suiker in water scheid je met
A
indampen
B
destilleren
C
bezinken
D
afschenken
Slide 22 - Quiz
Als je een oplossing hebt van twee vloeistoffen, wanneer werkt scheiden door destilleren dan heel goed?
A
als de kookpunten dicht bij elkaar liggen
B
als ze verschillende kleuren hebben
C
als de smeltpunten ver uit elkaar liggen
D
als de kookpunten ver uit elkaar liggen
Slide 23 - Quiz
Als een mengsel een oplossing is, kun je hem scheiden met ...
A
Adsorberen
B
Filtreren
C
Afschenken
D
Geen van allen
Slide 24 - Quiz
Je filtreert je thee met suiker om de theeblaadjes eruit te halen. Waar blijft de suiker?
A
samen met de blaadjes in het residu
B
samen met de thee in het filtraat
Slide 25 - Quiz
Je hebt gemalen peperkorrels in een glas water. Hoe scheid je dit mengsel?
A
Filtreren
B
Suspensie
C
Destilleren
D
Je roept je moeder erbij
Slide 26 - Quiz
Is het mogelijk om een vloeistof op te lossen in een andere vloeistof?
A
ja (alcohol in water)
B
nee (kan nooit)
C
hangt af van de kleur
D
hangt af van smeltpunt
Slide 27 - Quiz
Een oplossing is altijd helder. Zijn er oplossingen die een kleur hebben?
A
ja dat kan
B
nee, altijd kleurloos
Slide 28 - Quiz
Een suspensie is altijd ..
A
helder
B
troebel
C
in laagjes verdeeld
D
wit
Slide 29 - Quiz
Rekenen: als je lichaam voor 65% uit water bestaat en je weegt 70 kg, hoeveel water bevat jouw lijf dan?
A
20,5 liter
B
70,5 liter
C
45,5 liter
D
4,2 liter
Slide 30 - Quiz
Rivieren stromen naar de zee. Wat gebeurt er uiteindelijk met de oceanen?
A
Ze worden zouter en zullen overstromen
B
Ze worden minder zout en overstromen
C
Er blijft evenveel zeewater maar dat wordt zouter
D
Door verdamping drogen de oceanen op tot zoutpannen
Slide 31 - Quiz
Sleep de juiste faseovergang naar de juiste plek.
a. Welke faseovergang vindt plaats van 1 naar 2?
b. Welke faseovergang vindt plaats van 2 naar 3?
c. Welke faseovergang vindt plaats van 3 naar 4?
d. Welke faseovergang vindt plaats van 4 naar 1?
Smelten
condenseren
verdampen
stollen
Slide 32 - Question de remorquage
Alcohol is een zuivere stof en water is een zuivere stof. Als je ze bij elkaar doet krijg je ...
A
een mengsel
B
NIX18
C
een zuivere stof
D
een suspensie
Slide 33 - Quiz
Bij de fase-overgang rijpen gaat water van ...
rijp
A
vast naar vloeibaar
B
gas naar vast
C
vloeibaar naar vast
Slide 34 - Quiz
Puur goud is een zuivere stof. Kun je die scheiden?