voor- en achtervoegsels

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

terugblik

Waar hebben we het de vorige les over gehad?

doel

Aan het eind van deze les:

- weet je wat voorvoegsels en achtervoegsels zijn

- kun je woorden met voor- en achtervoegsels noemen

- kun je de betekenis van woorden raden met een voor- of achtervoegsel.

voor- en achtervoegsels

Een voorvoegsel staat vóór een woord, waardoor het woord een nieuwe betekenis krijgt.

ON nodig

EX - baas

INTER cultureel

voor- en achtervoegsels

Een voorvoegsel is geen los woord.

schoolboek - tuinstoel - chocolademelk 

(Dit zijn samenstellingen)

inter - on - a - anti - ex 

(Dit zijn voorvoegsels)

voor- en achtervoegsels

Hetzelfde geldt voor achtervoegsels.

nutteLOOS

zilverACHTIG

schoonHEID

drieLING

Aantekeningen

Pak je schrift en schrijf mee

voorvoegsels

on =

anti =

a = 

inter = 

her =

achtervoegsels

loos = 

baar = 

achtig = 

voorbeeldzinnen

3 voorbeeldzinnen

(in je schrift)

voor- en achtervoegsels

We oefenen met Gimkit.

Daarna maak je zelfstandig en in stilte 

de opdracht op papier en 

die lever je in.

voor- en achtervoegsels

GIMKIT

voor- en achtervoegsels

Schrijf deze woorden en de betekenis op.

1. intercultureel           5. buigbaar

2. oneffen                     6. sprookjesachtig

3. herdrukken              7. asociaal

4. besluiteloos             *8. internet