Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
bs 6: Geschiedenis van
het leven op aarde
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen
Je kunt uitleggen hoe fossielen zijn ontstaan
Je kunt uitleggen dat soorten verwant zijn als ze een gemeenschappelijke voorouder hebben
Je kunt uitleggen wat rudimentaire organen zijn
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Tijdbalk leven op aarde
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Verwantschap van soorten
Soorten die een gemeenschappelijke voorouder hebben vertonen verwantschap. Hoe langer geleden ze een gemeenschappelijke voorouder hadden, hoe minder de soorten verwant zijn.
In de afbeelding (een stamboom) zie je dat de Oerang-oetang en de moderne mens minder aan elkaar verwant zijn dan de chimpansee en de moderne mens.
Slide 9 - Diapositive
Volgens deze stamboom, welke soorten zijn het meest verwant aan elkaar?
A
Salamander aan vis
B
Gans aan Vis
C
Mens aan kikker
D
Mens aan kat
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Verwantschap: Overeenkomst in fenotype (zelfde bouw, andere functie)
Slide 13 - Diapositive
Rudimenten bij de mens.
Spiertje in onderarm
Verstandskiezen
Staartbeen
Oorspieren (om je oren te bewegen)
Knipvlies
Slide 14 - Diapositive
Wat zijn fossielen?
A
Overblijfselen van dieren
B
Overblijfselen van planten
C
Overblijfselen van dieren en planten
D
Overblijfselen van mensen
Slide 15 - Quiz
Wat is een fossiel?
A
De afdruk van de poot
B
Het skelet
C
Beide
D
Geen van beide
Slide 16 - Quiz
Wanneer spreek je van verwantschap?
A
Als dieren in hetzelfde leefgebied wonen.
B
Als er overeenkomst is in het DNA
C
Als er overeenkomst is in het dieet (wat dieren eten)