Project grammatica, spelling en formuleren les 11

grammatica zinsdelen H5
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

grammatica zinsdelen H5

Slide 1 - Diapositive

Deze les
- Huiswerk bespreken
- Lesdoel
- Uitleg
- Startopdracht
- Samen doen
- Zelf aan de slag
- Reflectie

Slide 2 - Diapositive

Huiswerk bespreken
opdracht 4, 5, 6, 7, 8 en 10 blz 71-77

Bespreken opdracht 10

Slide 3 - Diapositive

De directeur bleef onveranderd kalm tijdens het verhitte debat.
A
Werkwoordelijk gezegde
B
Naamwoordelijk gezegde

Slide 4 - Quiz

De directeur bleef onveranderd kalm tijdens het verhitte debat.
Welke woordsoort is "bleef"?

Slide 5 - Question ouverte

De plannen werden uiteindelijk toch goedgekeurd door het bestuur.
Welke woordsoort is "worden"?

Slide 6 - Question ouverte

De plannen werden uiteindelijk toch goedgekeurd door het bestuur.
A
Werkwoordelijk gezegde
B
Naamwoordelijk gezegde

Slide 7 - Quiz

Hoewel het hard regende, gingen we toch wandelen.
A
Ondergeschikt
B
Nevengeschikt

Slide 8 - Quiz

De leraar gaf extra uitleg, maar de leerlingen begrepen het nog steeds niet.
A
Ondergeschikt
B
Nevengeschikt

Slide 9 - Quiz

Voeg de juiste leestekens toe:
De leraar zei vandaag in de les let goed op want dit is belangrijk je moet je huiswerk maken leren voor de toets en je verslag afmaken

Slide 10 - Question ouverte

Zij is geïnteresseerd in de geschiedenis van ons land.
Wat is het zinsdeel "in de geschiedenis van ons land"?
A
voorzetsel voorwerp
B
bijwoordelijke bepaling

Slide 11 - Quiz

Lesdoel
Aan het einde van deze les kun je een bijstelling herkennen en benoemen.

Slide 12 - Diapositive

Waar plaats ik de komma?
Isaac Newton de man die zwaartekracht ontdekte leefde lang geleden.

Slide 13 - Question ouverte

Uitleg
Soms willen we extra uitleg geven bij een bepaald zelfstandig naamwoord. Vaak is dit om duidelijk te maken wie of wat iets of iemand is. De korte informatie die we hierbij geven, noemen we een bijstelling. De bijstelling staat altijd direct achter het zelfstandig naamwoord.

Isaac Newton, de man die zwaartekracht ontdekte, leefde lang geleden.

Een bijstelling plaatsen we altijd tussen komma's, behalve als de bijstelling aan het einde van een zin staat: vergeet niet om een cadeau te kopen voor meneer Smit, jullie wiskundedocent.


Slide 14 - Diapositive

Samen oefenen
Bespreken opdracht 3 op bladzijde 129.

Slide 15 - Diapositive

Zelf oefenen
Maak opdracht 1 op bladzijde 128.

In stilte, 5 minuten, daarna nabespreken.

Klaar? 
Huiswerk is ook opdracht 4, 5, en 7 op bladzijde 130-131.


timer
5:00

Slide 16 - Diapositive

Alleen oefenen
Maak opdracht 4, 5, en 7 op bladzijde 130-131.

5 minuten in stilte.

Klaar?
Maak de test jezelf online.
timer
5:00

Slide 17 - Diapositive

Lesdoel
Aan het einde van deze les kun je een bijstelling herkennen en benoemen.

Slide 18 - Diapositive

Kijk terug naar de startopdracht. Heb je jezelf verbeterd? Wat vond je moeilijk/makkelijk aan de bijstelling?

Slide 19 - Question ouverte